De plotselinge dood van rechter Antonin Scalia, een van de negen rechters van het Supreme Court, heeft nog een extra dimensie toegevoegd aan de toch al knotsgekke verkiezingscampagne. Scalia (79) was het langstzittende lid van het Amerikaanse Hooggerechtshof en bovendien het meest conservatieve van de negen rechters die de grondwet van Amerika bewaken. Antonin Scalia nam die opdracht altijd letterlijk. Hij was een groot aanhanger van het zogenaamde ‘originalism’, het vasthouden aan de letterlijke tekst van de grondwet.
Een mooi voorbeeld daarvan was zijn standpunt in de zaak ‘Texas versus Johnson’. Gregory Lee Johnson werd tijdens een demonstratie in Texas gearresteerd nadat hij een Amerikaanse vlag had verbrand. Hij werd veroordeeld tot een jaar gevangenisstraf en 2.000 $ boete maar ging in hoger beroep. Johnson zag de vlagverbranding als vrijheid van meningsuiting zoals vastgelegd in het eerste amendement van de Amerikaanse grondwet. Toen de zaak uiteindelijk bij het Hooggerechtshof terecht kwam besloot een meerderheid van de rechters, waaronder Scalia, dat vlagverbranding inderdaad valt onder de vrijheid van meningsuiting. Scalia betoogde dat het onconstitutioneel zou zijn om het verbranden van de vlag te verbieden. “Ik kan ze niet uitstaan, raar uitziende lui met sandalen en lange baarden die mijn vlag verbranden, het maakt me laaiend. Maar dat beïnvloedt mijn oordeel niet.” De strenggelovige katholieke Scalia was een groot tegenstander van het homohuwelijk en abortus. Zo verklaarde hij ooit in een interview dat hij waarschijnlijk zou terugtreden als rechter wanneer de katholieke kerk de doodstraf als immoreel zou bestempelen. De doodstraf ligt in de Amerikaanse grondwet verankerd en mocht de katholieke kerk zich officieel distantiëren van de doodstraf dan zou hij in conflict komen met zijn geloof. “Ik maak deel uit van een proces dat die straf kan opleggen. Waarschijnlijk zou ik in dat geval afstand doen van mijn zetel. Dat zou mijn enige optie zijn. Ik kan de wet niet verdraaien.”
De dood van Antonin Scalia heeft grote gevolgen voor de campagne. Zijn dood werd bekend vlak voor het begin van het Republikeinse debat aan de vooravond van hun voorverkiezingen in South Carolina. De Republikeinse kandidaten waren bijna allemaal van mening dat president Obama het uit zijn hoofd zal moeten laten om in zijn laatste ‘lame duck year’ nog een nieuwe rechter te benoemen. Alleen Jeb Bush was wat gematigder toen hij zei dat het de taak is van de president om een rechter voor te dragen en van de Senaat om hem te benoemen. En ook de rest van politiek Washington buitelde over elkaar heen met meningen over wat er nu moet gebeuren. Zoals gebruikelijk stonden Democraten en Republikeinen lijnrecht tegenover elkaar. Democraten zien hun kans schoon om op de valreep nog een ietwat progressiever Hooggerechtshof te vormen en Republikeinen zien dat absoluut niet zitten.
Republikeinen zijn in principe aan de winnende hand. Elke kandidaat die Obama voordraagt zal door minimaal 60 senatoren in de Senaat moeten worden goedgekeurd. Momenteel zitten er 46 Democraten in, dus Obama heeft 14 Republikeinen nodig om zijn genomineerde benoemd te krijgen. Het is echter veel te gemakkelijk om nu al te voorspellen dat de Republikeinen hun zin krijgen en de benoeming zonder problemen kunnen blokkeren. Mocht Obama met een redelijke kandidaat komen en de Republikeinen blijven halsstarrig weigeren om die te benoemen dan is de kans groot dat de kiezers dat zullen zien als weer een voorbeeld van die incompetente politici in Washington die weer eens niks voor elkaar krijgen en elkaar alleen maar in de haren vliegen. Vooral Republikeinen zullen dan wellicht in november de rekening gepresenteerd krijgen. En zo zijn er nog vele andere spannende scenario’s denkbaar. Bijvoorbeeld dat Obama een Latino kandideert. De Latino stem wordt steeds belangrijker in de verkiezingsstrijd en de Republikeinen hebben met Rubio een sterke troef in handen die ze zomaar weer uit handen kunnen geven als ze een Latino kandidaat afwijzen voor het Hooggerechtshof. Kortom, een groot mijnenveld voor de Republikeinen dat ze moeten oversteken met in hun handen ook nog eens de tikkende tijdbom genaamd Donald Trump. It’s a whole new ball game, zoals de Amerikanen dat zo mooi kunnen verwoorden.
De verkiezingen in november worden dus ook een beetje een referendum over het Hooggerechtshof want veel politici zullen met de benoeming van een nieuwe rechter aan de haal gaan en laat dàt nou net iets zijn wat de betreurde rechter verafschuwde. In 2004 zei hij in een interview in Trouw daarover: “De tijden zijn veranderd. Men is erachter gekomen dat de Grondwet een levend document is geworden. Het Hooggerechtshof lijkt te bepalen wat de Grondwet betekent. En men denkt: mijn God, we hoeven niet op zoek naar goede rechters. Deze mensen herschrijven de Grondwet telkens weer; we moeten dus op zoek gaan naar rechters die hem zo willen herschrijven dat hij ons bevalt. Sommige senatoren willen de kandidaat-rechters doorzagen over hun juridische aanpak. Hoe kijken ze aan tegen ‘Roe versus Wade’, dat soort dingen. Ik zou die vragen nooit kunnen beantwoorden. Ze kennen mijn stemgedrag, kijk er maar goed naar. Maar tegenwoordig is alles anders. Het zat erin dat dit een keer ging gebeuren. Politici denken: als het Hof een politiek instrument gaat worden, een instrument voor sociale verandering, dan willen wij bepalen wie er zitting in nemen. En je kunt het ze niet eens kwalijk nemen.”
Stand in de voorverkiezingen op 14-2-2016
Democraten: nodig voor de nominatie 2382 gedelegeerden.
Hillary Clinton: 394 gedelegeerden (waarvan 362 Supergedelegeerden)
Bernie Sanders: 44 gedelegeerden(waarvan 8 Supergedelegeerden)
Republikeinen: nodig voor de nominatie 1237 gedelegeerden.
Donald Trump: 17 gedelegeerden
Ted Cruz: 11 gedelegeerden
Marco Rubio: 10 gedelegeerden
John Kasich: 5 gedelegeerden
Jeb Bush: 4 gedelegeerden
Ben Carson: 3 gedelegeerden