Over een week zal Amerika zijn exceptionele kwaliteiten op sportgebied weer aan de wereld tonen. De mondiale krachtmeting in Londen is voor Amerika de 27e deelname aan de Olympische Spelen. Hoe verging het ze de afgelopen edities, en hoe ervaren Amerikanen ‘the Olympics’?
Amerika is aanwezig bij de Spelen vanaf 1986, toen de eerste ‘moderne’ Spelen werden georganiseerd. Dat is te zien aan het medaille aantal, 2297 in totaal. Hier moet echter wel een kanttekening bij geplaatst worden. Zo waren de Spelen van 1904 in St. Louis eigenlijk een meer Amerikaanse aangelegenheid vanwege onrust in Europa. Amerika zond 523 atleten, tegen 52 Europese. Daarbij is het dus niet vreemd dat de Europese landen, Australië en Canada 41 medailles wonnen, en Amerika maar liefst 239. Wel is Amerika dominant in sporten als atletiek, zwemmen en basketbal. In deze disciplines heeft Amerika de meeste medailles behaald.
Atletiek is een bijna gegarandeerd Amerikaans succes, en dan met name de sprint onderdelen. Het begon met Archie Hahn, die in 1904 en 1906 (toen het nog een tweejaarlijks evenement was) op de 100 meter goud won. Hij staat vooral bekend om zijn snelle start, en behaald daarmee ook het goud op de 200 en 60 meter. Meer recent gooide Maurice Greene, met zijn excentrieke mimiek nog hoge ogen. Greene nam deel aan de Olympische Spelen van 2000 en 2004, waar hij in Sydney won op de 100 meter en daarna als derde finishte. Na zijn ‘retirement’ deed Greene overigens mee aan Dancing with the Stars. Daar werd hij weggestemd in de kwartfinale. Nu worden de sprintnummers gedomineerd door Jamaicaan Usain Bolt, die het wereld en olympisch record op de 100 en 200 meter in handen heeft. Tyson Gay kan daar als Amerikaan misschien verandering in brengen. De voorrondes van de 100 meter zijn op 4 augustus en de finale een dag later.
Ook vestigt de Natie zijn hoop op het ‘Dream Team’, de term die verwijst naar het meest succesvolle basketbalteam dat Amerika ooit heeft gekend. sterren als Michael Jordan, Larry Bird, etc, vormden in 1992 het team dat, tot op heden, onovertroffen resultaten behaalde. Niet alleen de ongekende techniek en balvaardigheid deed tegenstanders versteld staan, ook de gemakkelijke manier waarop Amerika het goud greep, liet de wereld zien dat ze onverslaanbaar waren. Sinds dien wordt elk team dat goud zou kunnen winnen aangehaald als Dream Team. Dit jaar staat er –op papier- weer een Dream Team klaar. Dwayne Wade, LeBron James en anderen uit de nationale basketbal competitie zullen strijden voor vergelijkbaar succes. De poule wedstrijd is gepland op 29 juli.
Daarnaast staan de zwemwedstrijden van Michael Phelps hoog op de Amerikaanse agenda. De Olympische Spelen in Londen zullen Phelps’ laatste optreden zijn. Phelps zelf geeft aan dat hij zeker weet geen comeback te maken en zich wil richten op een maatschappelijke carrière. Deze openheid over stoppen leidde tot een controverse binnen het zwem team van Amerika. Ten eerste vroeg zijn teamgenoot Tyler Clary zich af of zo’n werkhouding wel genoeg was om tot grote prestaties te komen. Daarbij merkt hij op dat Phelps nog betere prestaties zou kunnen leveren, mits hij Clary’s werkhouding had. Ook Ryan Lochte ziet zijn kans schoon om Phelps van zijn laatste successen af te houden. Tijdens de US Swim Trials werd al duidelijk dat als ze twee atleten tegen elkaar racen, ze tot buitengewone dingen in staat zijn. Zelf noemt Phelps het een “dog race”. Of ze genoeg hebben aan elkaar of toch de concurrentie van andere landen nodig hebben, zal te zien zijn tussen 28 juli en 4 augustus.
Toch is het bijzonder dat honkbal en American Football, sporten die Amerika gedurende het hele seizoen wereldwijd domineert, geen noemenswaardige aandacht krijgen op de OS. Over de Olympische status van honkbal is jarenlang gediscussieerd en American Football is zelfs helemaal afwezig. Bijna on-Amerikaans laten de fanatieke sportfans dit toe en focussen zich op sporten als atletiek, zwemmen en basketbal. Gedurende het American Football seizoen, van medio september tot begin februari (de Superbowl) is het American Football dat de klok luidt. Daarna, vanaf april, ligt de focus op honkbal waarvan het seizoen in september afgesloten wordt met de “World Series”. Op de OS kunnen de Amerikanen daardoor nou juist níet laten zien in welke sporten ze, zoals ze zelf geloven, de beste van de wereld zijn. Ondanks deze afwezigheid hebben Amerikanen veel interesse in de Olympische Spelen, maar het contrast met deze twee (naast basketbal en ijshockey) meest populaire sporten in Amerika is opmerkelijk.
Wellicht is het aanmoedigen van winnende sporters het belangrijkste aan ‘the Games’. Door de stars and stripes-dragende atleten te steunen, steunen Amerikanen hun eigen land. Naast het creëren van eenheid is dit ook een manier om jezelf af te zetten tegen ‘de anderen’. Met andere woorden, je laat zien dat je niet van ‘dat andere’ land bent. Ronald Reagan greep in 1980 de overwinning van Amerika’s ijshockeyteam op de Sovjet Unie aan om zich te manifesteren tegen ‘dat andere’ land. In een nationaal uitgezonden bericht deelde hij de spelers van het ijshockeyteam mede dat hij trots op ze was dat ze dit bereikt hadden. Hij rekende zich rijk met de overwinning, omdat hij op deze manier kon laten zien dat Amerika niet zoals het “communistische Oosten” was. Benieuwd naar hoe Amerika’s beste atleten, en daarmee ook hun landgenoten, zich staande houden tijdens de Olympische Spelen in Londen? Tijdens het evenement zal ik regelmatig updates geven.