Als je ons, voor onze afreis, had gevraagd ”Hoe stelt u zich Texas voor?” dan hadden wij op die vraag slechts een betrekkelijk eenvoudig antwoord kunnen geven. Nu wij terug zijn van die reis kunnen wij u een genuanceerder antwoord geven. Ook op andere vragen zoals bijvoorbeeld een in de aard van: “Wat trof u het meest in Texas?”. Deze vraag (en eveneens nog vele andere vragen) zouden wij nu met een bijna even grote verscheidenheid kunnen beantwoorden.
Die eerste “cultuurschok” met de Nieuwe Wereld is voor altijd in onze hersenen gegrift. Om de memorie op lange termijn blijvend te ondersteunen heb ik daarom dit reisverslag van onze reis naar Texas (U.S.A.) gemaakt. Een dag-na-dag-verhaal. Onze indrukken zijn alleszins groot.
Voor bepaalde items wordt verwezen naar verklaringen in de bijlage. Deze items in vetjes gedrukt zijn aangeduid met een sterretje, een cijfer en/of een letter tussen haakjes, beginnend met (*1a) en eindigend met (*25). Tenslotte zijn een aantal links naar websites opgesomd.
Vrijdag 14 maart 2003 We worden ten huize afgehaald door het reisbureau De Cauwer. In de auto – een volumewagen merk Toyota – nemen we achteraan plaats. De chauffeur dient immers onderweg nog iemand op te pikken die naar de luchthaven wil. De persoon in kwestie is de zaakvoerder van “the Arms of York”, een bekende wapenhandelszaak, gelegen in de Regentiestraat te Sint-Niklaas.
Het gesprek verloopt vlot. De eerste onderwerpen gaan over de handelssites in Sint-Niklaas. Komen aan bod: Stationsproject, Grote Markt, Ankerstraat, Koopcentrum en de vestigingen in de zone August De Bockstraat (met o.a. Leenbakker/ Gamma/ Passage/ Aveve). Verder de grote infrastructuurwerken en daarmee samenhangend het verkeer in de stad. Tenslotte enkele gerechtelijke zaken (zoals Dutroux en Vanoppen) en de aankoop van gasmaskers.
We komen goed aan in de “nationale” luchthaven te Zaventem. We checken ons in aan het loket van de balie KLM (*1a). Na de nodige papieren te hebben gekregen, inclusief deze voor de bagage, dienen we ons naar gate A60 te begeven. Via een lange gang, drie dalende roltrappen, twee looptapijten, twee stijgende roltrappen en een bezoek aan een W.C (nummer 1) komen we aan een controlecheck-in-point. Het is biep, biep! Jasje uitdoen, zakken leegmaken en alles in een plastieken box doen. O.K. we mogen door en krijgen onze spullen terug. We stappen achtereenvolgens op drie lange looptapijten. Opnieuw een halte aan het W.C. (nummer 2).
We wachten in een open wachtzaal. Nog even een W.C. (nummer 3) opzoeken. Zo, daar krijgen we toelating om ons naar het vliegtuig te begeven. Een Fokker 70 City Hopper (*1b) zal ons naar Schiphol (*1c) brengen. Onze plaatsen zijn genummerd: ik heb zetel 7F, Chris heeft 7E en een Pakistaan (of is het een Irakees?) heeft 7D. Hij leest The Harold Tribune. Met drie op één rij. De vlucht verloopt prima: prachtige blauwe lucht, heldere hemel, zon.
Na korte tijd landen wij en bevinden wij ons op de tarmac luchthaven Schiphol te Amsterdam. We stappen uit en begeven ons naar de vertrekzone voor onze tweede vlucht.
Onze tweede vlucht, en natuurlijk de langste, gaat van Schiphol rechtstreeks naar het G. Bush International Airport te Houston (Texas). Een grote luchtreus staat reeds klaar. Het is een Boeing 747- 400 (*1d) met naam Paramaribo. Nog even een bezoek aan het W.C (nummer 4). Iedereen moet een check-in controlepost passeren. Eerst worden moeders met kinderen toegelaten, vervolgens de reizigers met een ticket business-class en pas dan de passagiers van de economy-class. Het vliegtuig zit “bom”vol. Het is 10u30’.
Het vliegtuig rolt langzaam tegen 27 km/u de startbaan af, zoekt positie, drijft de snelheid omhoog en met steile klim bereiken wij vrij vlug meer dan 275 km/u … We zijn weg!
Eénmaal op hoogte blijft de gemiddelde snelheid rond 900 km/u staan. De vlieghoogte is gelegen tussen de 9.800 m en de 11.500 m. Het inlichtingenpaneel noteert op onze vlucht buitentemperaturen van – 54° tot zelfs – 68°. Onze reisweg gaat naar richting Groot-Brittanië, zo over Ierland en via Groenland naar Canada. Tenslotte kiest de vlucht het Amerikaans luchtruim. Volgende steden komen op deze route voor: Detroit, Chicago, Indianapolis, Richmond, Colombus en vervolgens onze eindbestemming Houston.
Aan boord van het vliegtuig is genoeg verstrooiing te vinden: lezen, radio beluisteren (via een koptelefoon met keuze uit 14 posten), televisie (met nieuws uit Irak, want de toestand blijft immers gespannen), videofilms, informatie over de vlucht, op tijd eten en drinken, verfrissingen en andere tussendoortjes, zoals: eens opstaan om naar het toilet te gaan, stretchoefeningen, naar buiten kijken (ik zit aan het venster), de andere passagiers bekijken, mogelijkheid tot souvenirs kopen als het rolwagentje langs komt, administratie vervullen.
Inderdaad, er dienen papieren ingevuld te worden vooraleer het Amerikaans grondgebied te mogen betreden. Elke passagier krijgt daarom tijdens de vlucht twee steekkaarten, namelijk: een groene en een grijsblauwe steekkaart. Op de grijsblauwe steekkaart komen vragen voor, zoals: waar ga jij verblijven? hoeveel geld heb je bij? hoeveel zoek je uit te geven? hoelang ga je verblijven in Amerika?. Op de groene steekkaart noteer je uw gerechtelijke en uw medische gegevens: veroordelingen, drugsbezit, inentingen, aids, enz.
Beide steekkaarten samen zijn goed voor zo’n 35 vragen en/of declaraties.
Het menu ziet er uit als volgt: aardappeltjes met worteltjes, erwten, groene boontjes, kipfilet, mostaardsaus, een slaatje, een chocolademousse, twee broodjes, een blokje kaas, halvarine en water, bier of wijn (naar keuze). Het mes is uit plastiek, lepel en vork niet.
De lucht is klaar en helder. De vlucht verloopt uitstekend: geen schommelingen, geen luchtzakken. Soms zijn mooie wolkenformaties te zien. Het is wel een lange tijd die je al vliegend doorbrengt. Maar eens in de lucht heb je geen benul van de snelheid waarmee je vliegt, de hoogte waarop je hangt, de plaats waar je zich op de wereldkaart bevindt. Gelukkig krijg je die informatie tussentijds op het scherm te zien.
We komen toe in de luchthaven van Houston om 13u10’ plaatselijke tijd. Dit is 20u10’ Belgische tijd. Bij het landen beginnen baby’s te schreien. De luchtdruk bij het dalen zal voor hun oren te sterk zijn. Het vliegtuig moet nog 15 minuten op de tarmac wachten op een geparkeerd vliegtuig, dat zich nog moet verplaatsen. Dan uitstappen.
We worden grofweg ingedeeld in twee grote groepen: op Amerikaanse bodem gelegen vertrek- en eindvluchten en andere. Zo zijn er in feite drie uitgangen: één voor binnenlandse reizen, één voor uit het buitenland komende visitors en één voor de crews. Deze laatsten mogen na een vlugge controle passeren.
Vooral de visitors, zij die uit het buitenland zijn binnengekomen, krijgen strenge controle. Sommigen worden apart geroepen in een lokaal, anderen worden teruggestuurd. Omdat hun papieren misschien niet volledig in orde zijn?
Het is geduldig afwachten en in file achter elkaar aanschuiven. De mensen zijn van allerlei slag: Japanners, Chinezen, Mexicanen, Indiërs, Pakistanen, niet zoveel zwarten en blanken. Eén mix van volkeren. Het aanschuiven, stapje voor stapje, kost ons zowat 80 minuten aan tijd. Eindelijk is het onze beurt en mogen we al bij al vrij gemakkelijk door. Alles is dus O.K. bevonden! Je mag niet vergeten dat het veiligheidsniveau (*2) op dit moment in gans de U.S.A. op oranje staat. Dit is het op één na hoogste risiconiveau. Nu de bagage nog oppikken. Dat valt best mee. Politie met snuffelhonden onderzoeken stelselmatig de valiezen. Sommige moeten open gedaan worden. Met onze bagage in de hand zoeken we de uitgang op. Daar staat Kurt! Hij is ons eerste aanknopingspunt in een voor ons toch wereldvreemde omgeving.
Deze luchthaven van Houston (want er zijn er drie) heet het G. Bush International Airport. De luchthaven is nog volop in uitbreiding. Er worden nieuwe gebouwen opgetrokken en sommige bestaande delen zijn wegens verbouwingswerken niet bereikbaar.
We nemen samen de lift naar de derde verdieping. Vandaar nemen we een “shuttle”. Het is een soort treintje met aparte aaneengeschakelde rechthoekige bakjes. Ieder bakje kan tot12 personen, samen met hun bagage, bevatten. Aan voor- en achterzijde van zo’n bakje zijn er schuifdeuren die zich aan elke halte, aan de gepaste uitstapzijde, automatisch openen. We stappen uit en begeven ons naar de plaats waar Kurt zijn wagen heeft geparkeerd.
Het is een immens groot parkeercomplex met verdiepingen. Een goede aanduiding mankeert er, volgens mij. Nochtans zijn de betonnen kolommen gekleurd: rood, geel en groen en dragen zij achtereenvolgens op de kopeinden de letters A, B, C, D, E en F. Elke paal is vervolgens nog per rij genummerd van 1 tot 14. Het uitrijden van de parking gebeurt mits betaling. Of course met de creditcard! Die moet je in Amerika altijd bij de hand hebben.
We verlaten de luchthaven, nemen de ring rond Houston en gaan de Highway 10 op. Deze autostrade is druk, veel te druk zelfs. Deze baan staat dan ook op de lijst van te verbreden wegen. Wat betreft het onderwerp verkeer en mobiliteit (*3) is een woordje uitleg gepast.
Wat verderop nemen we een afslag en volgen daarna de baan naar Katy. Na een ritje van 45 km (wat voor ons lang is, maar hier kort) draaien we af naar Teasel Court. We zijn ter plaatse! Het is rustig in Teasel Court. De woningen (*4) gelijken min of meer op elkaar. Eénheid en toch verscheidenheid. In de meeste voortuinen of aan de voordeur is meestal de Amerikaanse vlag te zien. We komen toe aan huisnummer 20710 en stoppen.
De auto wordt onmiddellijk binnen gereden. In de living vliegen de kinderen Karen en Paulien ons naar de hals. Zij omhelzen ons krachtig. Paulien bij Chris en Karen bij mij en dan omgekeerd. Zonder verder te wachten worden de cadeautjes uitgepakt. We zitten op het terras. Het is ondertussen 17 uur (24 uur Belgische tijd). Karen neemt een vlottende thermometer uit een rond putje waarvan zij eerst het dekseltje had weggenomen. Dit putje staat in verbinding met het water van het openlucht zwembad en de jacuzzi. De temperatuur van het water is 24°Celcius. Dat belooft!
We krijgen een rondleiding: beneden, boven en buiten. Beneden valt een ruime trapgang op. Verder is er de garage, de wasplaats, de keuken, living, W.C., slaapkamer met bad. Boven zijn er drie grote slaapkamers, een bad met WC en een grote overloop, die dienst doet als speel- en bureauruimte. De tuin is afgezet met een houten schutting. Buiten is er een ruim terras, een openlucht zwembad, een jacuzzi en een vast barbecuetoestel. Het gras van de tuin is taai en hard. Het zet zich horizontaal verder met zijn wortels.
Binnen zijn vrijwel overal ingemaakte bergruimten. Zéér gerieflijk en praktisch zijn ze. Negen stuks in totaal. Waar? Op het gelijkvloers: naast de W.C., onder de traphall, een zéér grote achter de badkamer en nog één in de keuken. Op de bovenverdieping heeft de overloop, de badkamer en elke slaapkamer kamer een dergelijke ruimte. Die bergruimten zijn afgesloten of met enkele, of met dubbele schuifdeuren. Op een bepaalde dag hadden de kinderen zich verstopt in één van die ruimten en het was zoeken!
De kinderen gaan naar hun bed. Even nog een verhaaltje voor het “onderduffelen”. Wij babbelen beneden nog wat verder. Een tijdje later loopt het al naar 22u toe of 5u ’s nachts Belgische tijd. Tijd dus voor ons om ook te gaan slapen, na een vermoeiende dagtrip.
Zaterdag 15 maart 2003
Om 7 uur ben ik wakker. Om 8u40’ zit iedereen aan tafel op het terras te eten. Het is zowaar een kleine brunch: fruitsap, veelgranenbrood (echt smakelijk!), kaas Gouda (vacuum verpakt), looksalami (vacuum verpakt), gerookte hesp (vacuum verpakt), choco, sinaasappel- en aardbeienconfituur, koffie espresso, thee en melk.
Vandaag is het tuindag. Kurt gaat het gras afrijden en de grasboorden met een elektrische kantenmachine afsnijden. Dat is belangrijk! De wet schrijft in Katy voor dat: 1) elke voortuin voorzien moet zijn van twee bomen en 2) de graskanten onberispelijk onderhouden moeten worden. Ik én de kinderen planten samen ondertussen bloembollen. Het zijn irissen die ik van thuis heb meegebracht. De grond is hier zwaar (kleigrond) en droog. Daarna kuis ik het gras van oprit en straat op. Doe alles in een plastiekzak en vervolgens in de vuilzak. Dat mag. In Amerika staat afval, netheid en recyclage (*5a) in een ander daglicht als bij ons.
Nog voor de middag gaan we samen naar de H.E.B. (*6a), een groot warenhuis met veel keuze aan groenten en fruit, een vleesafdeling, een bakkerijstand (met véél gekleurde taarten in alle vormen), lange rekken met diepvriesartikelen, papierwaren, enz., enz. Ja, tot zelfs een apotheek. In de open afdeling kun je de farmaceutische artikelen zonder voorschrift bekomen en in een gesloten afdeling geneesmiddelen met voorschriftbewijs. Het valt ons op dat de winkelkarretjes hier veel groter zijn en voorzien van twee kinderzitjes achter elkaar.
In functie van het aangekochte bedrag krijg je aan de kassa etiketten. Met deze “bonnen” kunnen kinderen dan naar automaten gaan. Zo van die goktoestellen met een grijper, zoals die te vinden zijn bij ons in een lunapark op de kermis. Hiermee kun je proberen plastieken ballen op te nemen. In elke bal zit een nummer van 1 tot 5. Al die cijferpunten opgeteld én een extra bon (uit te knippen uit het reclameboekje van de HEB) geven recht op een vermindering bij de volgende aankoop. Veerle en Kurt doen vandaag hun inkopen in functie van de barbecue die zij in de namiddag thuis willen gaan houden.
Het huis van Kurt en Veerle is uitgerust met aardgasverwarming. De open haard in de living alsook het smeedijzeren, vaste BBQ-toestel in de tuin gaan op gas. Gelegenheidskok Kurt zorgt voor de grill. Weldra is het een plezier om hier te eten. Allerlei geuren van kruiden en van gebakken vlees mengen zich, een aangename temperatuur, een gezellig terras, samen buiten, lamskoteletten en cote à l’os à volonté. Heb je nog meer verlangens? Verder staan verschillende schotels ter beschikking, klaargezet door gastvrouw Veerle: fijngesneden rode kool, worteltjes, tomaten, komkommer, ajuin, aardappelen in de schil, enz. Nu nog de sauzen: Mexicaans en pikant, de klassieke mayonaise of een vinaigrette? Als biertje valt de keuze op een “dos exquis”, Mexicaans én goed! Het eten smaakt lekker. Zalige momenten!
Een grijsbruine hagedis zit te zonnen op de achtergevel van de keukenmuur. Het beestje verschuift zijn ligpositie op de muur al naargelang de zon opschuift.
Voor de rest van de dag gaan we het verder rustig aan doen. We babbelen nog wat. Morgen gaan we de omgeving van Houston bezoeken. De overschakeling van uurzones samen met de lange vliegtuigreis zitten nog in ons lichaam. Ons bio-ritme is wat verstoord.
De avond is bijgevolg welgekomen. Slapen gaat goed. Het is hier immers muisstil ’s nachts.
Zondag 16 maart 2003
Karen en Paulien zijn wakker. Zij staan om 7u30’ al aan onze kamerdeur. O.K., opstaan dus. Voor mij toch, want ik ga met Kurt mee naar KROGER (*6b), een warenhuis zoals de H.E.B. Maar het warenhuis KROGER is gekend voor zijn goede bakkersartikelen. Wat dacht je van donuts? Donuts zijn ronde concentrische cirkelvormige zachte koeken. Deze zijn te verkrijgen: of gewoon puur, of met chocolade, of met suiker, of met gekleurde hagelslag. Vermits nu Sint Patrick’s day wordt gevierd zijn de donuts voorzien van witte en groene hagelslag. Groen en wit zijn de kleuren van Ierland. Bij KROGER is er een ruime keuze aan verschillende broodsoorten. En de patisserie dan! Taarten en fijn gebak liggen in een lange toonbank. Je kunt ze krijgen in alle soorten, maten, kleuren, vormen, tekeningen én met veel slagroom. Wat bij ons niet denkbaar is, is hier toch te bekomen.
Na de donuts, brood en broodjes gaat Kurt koffie halen. Koffie haal je in de States bij Starbucks (*6c). De koffie is er uitmuntend. In deze winkel kun je werkelijk uw persoonlijke keuze maken. Twee borden, boven de kassa aangebracht, vermelden de verschillende soorten. Op het eerste bord staat een keuze uit 15 koffiesoorten, te verkrijgen in drie formaten. Je hebt keuze uit volgende bekers : large, medium, small. Op het tweede bord staan 10 soorten vermeld, te verkrijgen in twee formaten: large en medium. U kunt uw koffie ter plaatse consumeren of meenemen in een grote piepschuimen beker, wat meestal wordt gedaan (zie ik aan de klanten die binnen en buiten gaan). De beker is met bruin papier omhuld in het midden.
Thuis gekomen staat de tafel zo goed als klaar. Het wordt dus: donuts, spek met eieren, broodjes (kleiner in omtrek en minder hoog als bij ons in België) en veelgranenbrood. Kurt drinkt lekker zijn Starbuckskoffie (uit de beker groot formaat). Ik drink water getapt uit het kraantje van de Amerikaanse ijskast. Chris en Veerle drinken huiskoffie, de kinderen melk.
Rond het middaguur vertrekken wij met zijn allen naar Houston. Tijdens de rit laat Veerle, ervaren chauffeur op deze Texaanse wegen, voor de kinderen (en ook leuk voor ons) een kinder-CD spelen met engelstalige Texasliedjes.
Om te beginnen vermeldt het programma van vandaag eerst een bezoek aan het Nasa Space Center. Aan de ingang van dit complex staat reeds veel volk; volk van alle nationaliteiten. Ook hier veiligheid voor alles: het is nog altijd security orange level (*2). Daarom mag Kurt met zijn rugzak niet naar binnen! Dus die rugzak maar terug naar de wagen gebracht. Personen met kleine handbagage of met handtassen mogen wel binnen. O.K, it’s the law! Kinderen onder de 4 jaar hebben gratis toegang. Ouderen boven de 65 jaar krijgen korting. We gaan een rondritje maken met een trein met acht aan elkaar gekoppelde open wagentjes. We schrijven ons in. Maar eerst aanschuiven, een foto maken, en …terug aanschuiven.
Daarna controle aan een detectiepost, zoals op de vlieghaven. Horloges, geldbeugels met muntstukken , enz. zijn netjes te deponeren in een bakje. Alles krijg je na controle terug. Sommige personen dienen met open gespreide armen en benen te staan en worden afgescand met een handdetector. Eindelijk na 50 minuten kunnen we het treintje opstappen. Onthou vooral goed uw plaats! Want iedereen is verplicht om, na het uitstappen aan een halte, terug zijn oorspronkelijke plaats in te nemen. En er komen veel haltes op de rondroute. Maar geen nood. Daar is aan gedacht. Hoezo?
Bij vertrek krijgt elke reiziger (groot of klein) een groene kaart met het nummer van zijn zitplaats. Die kaarten moet ge per groep bijhouden. Als groep zijn wij dus met zes. Die kaarten moet ge dan weer afgeven aan het einde van de toer. Het treintje leidt ons rond op een groot terrein. Grijsbruin-gestreepte eekhoorntjes (gray squirrel) spelen in het gras.
Buiten, in de open ruimte, staan ruimtetuigen en raketten opgesteld. Op ware grootte. Imposant. We kunnen ze van kortbij gaan bekijken. In een groot gebouw zijn verschillende standen van het opleidingscentrum ondergebracht. De opeenvolgende fases in de opleiding van astronauten zijn hier goed te volgen. Simulaties van gewichtloosheid, oriëntatie op de hemellichamen, demo’s in het gebruik van ruimtepakken, oefeningen met apparaten voor zuurstoftoevoer, het nagaan van medische (neven)effecten, enz. Kortom, alles wordt hier op wetenschappelijke wijze gevolgd en ingestudeerd. Achteraf worden de opgenomen computergegevens nauwkeurig geanalyseerd. Na onze toer gaan we naar de grote tentoonstellingshall waar verschillende standen zijn ondergebracht.
In de immense hall zijn onder andere te zien: de space shuttle, een ruimtecapsule, een ruimtelaboratorium, de historische koppeling van sojoez en challenger, een fotogalerij met zowel alle individuele astronauten als de teams die ooit in de ruimte werden geschoten (het doet wat om “onze” Belg Frimout hierbij te zien!), een historisch overzicht in de ontwikkeling van alle maanpakken vanaf het prille begin tot heden, een collectie maanstenen, de opbouw van een maansteen in al zijn elementen en mineralen, proeven met tarwe gezaaid in grond van maan en mars (de startdatum van dit experiment duidt 20 februari 2003 aan), een stand met de samenstelling én de verpakking van een astronautenvoedselpakket, enz., enz.
We volgen aan een standwagen een demo-voorstelling waarbij op illustratieve wijze uitleg wordt gegeven op vragen. Vragen in de aard van het programma “ Jongens en Wetenschap” zoals:
– hoe slaapt een astronaut?
– hoe gaat een astronaut naar de W.C.?
– hoe neemt een astronaut een douche?
– van waar komt het douchewater?
– hoe houdt een astronaut zich fit in conditie (om botontkalking tegen te gaan)?
– hoe zet hij zich vast aan een tafelrek om effen uit te rusten of te eten?
Na dat overweldigend bezoek aan het Nasa Space Center (Amerika’s wetenschap is hier op zijn best) gaan we een bezoek brengen aan KEMAH, een kleine plezierhaven zuidwaarts van het stadscentrum Houston gelegen.
We stappen de wagen in en rijden er naar toe. Hier is plezier en veel vertier. Het is één en al kermis. Er is straatanimatie: muzikanten spelen een deuntje, een vuurspuwer vertoont zijn kunsten. Er zijn kraampjes waar je van alles kunt kopen: cowboyhoeden, ballonnen, souvenirs, speelgoed. Er zijn eethuisjes, restaurants en saloons.
Op het middenplein dansen en springen kinderen die waterstralen willen ontwijken. Die spuiten onverwachts links of rechts, voor of achter uit de grond water omhoog. Er is nog veel pret te maken, want er staan ook allerlei kermisattracties en draaimolens. Met een treintje kun je u laten rondtoeren op een grote achtbaan voorzien van een station, een bareel, stoplichten, een perron, enz. Een mini-spoorwegenwereld.
Aquarium is de naam van een Mexicaans visrestaurant. We schrijven ons boven in. We krijgen een kastje (ter grootte van een modem) mee. Een doorzichtig kastje met allerlei transistoren en kabeltjes. Het zal nog een tijdje duren vooraleer het onze beurt aan tafel is en daarom gaan we beneden in het saloon wat drinken.
In het saloon zitten een aantal enthousiaste gasten die de muzikant telkens na zijn songs aanmoedigen met handgeklap. De muzikant zingt, speelt soms mondharmonica en begeleidt zichzelf elektronisch met een piano of gitaar. Hij draagt een witte pet. We zitten in Texas, dus: lederen brede stoelzetels, toehoorders met cowboyhoeden, boots, countrystijl en countryliedjes. À propos die lederen zetels zijn zo breed dat ik en Chris met ons beiden er samen kunnen inzitten. U moet weten sommige Amerikanen zijn wel zéér corpulent. Op een TV-scherm kunnen kinderen (en volwassenen) een tekenfilm volgen. De Amerikanen houden in het algemeen van constante verstrooiing. Enkele tooghangers zitten aan de bar.
We vragen de kaart. We bestellen voor ons een fles witte wijn en een schotel oesters. Voor de kinderen een orangade. De jonge garçon brengt ons een fles witte wijn en vier plastieken bekers. Kurt protesteert en zegt “geen glazen, geen wijn”. De garçon vindt na twaalf minuten zowaar vier wijnglazen. Hij is fier dat hij de wens van zijn klanten heeft kunnen inwilligen.
Oh ja, drinkgeld geeft ge hier apart en de grootte ervan bepaalt ge naargelang de service die ge al of niet gekregen hebt. Bedieningsgeld kan oplopen van 15% tot 25% of meer. Bij een goede service is zowat 17% normaal. De wijn is koel en smaakt lekker in deze omgeving. Ons kastje begint ineens langs de gehele randomtrek met rode lichtjes op te flikkeren. We worden alzo attent gemaakt dat onze tafel boven klaar staat. We rekenen af met de garçon. Hij bedankt ons vriendelijk en is heel tevreden voor de goede fooi.
We gaan naar boven. De trap zelf draait langs een enorm grote cilinderkolom. Hierin zwemmen vissen. De kleuren ervan zijn geel, blauw, zwart, rood, oranje, purper, wit met zwart, gestreept, gevlekt, met stekels, enz. Binnen gekomen zijn nog vier aquariums te zien: één supergrote en drie ietwat kleinere formaten. Ze bevatten vissoorten die zich voordoen in de Golf van Mexico. De schatten van de zee zijn hier te bewonderen. Zo zien we roggen, kleine haaiensoorten, zeepalingen, octopussen en zalm. Verder een hele resem voor ons onbekende vissen en visjes die wedijveren in pracht en vorm. Een levende visexpositie tot en met. Fascinerend toch deze verzameling van exotische vissen en onderwaterplanten. Altijd afwisseling, altijd actie. Je kunt er uren naar kijken. Ontspannend en betoverend mooi!
Als menu nemen we een soep, doen een keuze uit verschillende aangeboden visgerechten en kiezen een witte Italiaanse wijn als drank bij het eten. Voor de wijn moeten wij nog even wachten komt deze garçon ons zeggen want de glazen zijn op. Wij denken er het onze van. Meer dan waarschijnlijk zijn de ontbrekende glazen deze die we beneden gehad hebben! Als de wijnglazen komen zeggen we “Proost”! We laten het ons heerlijk smaken. Het eten is hier lekker, fijn en genoeg. De omgeving gewoonweg schitterend! De tafels van de zaal zijn alle ingenomen door klanten met of bruine, zwarte, gele of blanke huidskleur. Internationaal gezelschap uit alle windstreken afkomstig.
Na het eten doen we nog enkele attracties aan. Eerst en vooral een ritje op een ouderwetse paardenmolen (zoals bij ons) voor Karen en Paulien. Maar met dit verschil dat de kinderen hier ten allen tijde een veiligheidsgordel moeten aan doen. De papa’s of de mama’s mogen mee hulp bieden en bij hun kind(eren) blijven. Als tweede attractie wordt voor een groot Wienerrad gekozen. Niets voor ons, maar wel voor Veerle, Kurt, Karen en Paulien. Zij wuiven vanuit de hoogte daarboven naar ons.
Een arbeider kuist intussen papiertjes, sigarettenpeukjes en kleine afvalrestjes op met borstel en een vuilblik met lange steel. Veel volk en toch is alles hier kraaknet. Don’t mess Texas! (*5b).
De avond valt vroeg. Mede omdat het plots donker wordt. Dreigende wolken. Onweer op komst? Toch niet, zelfs geen druppel valt er. De maan staat helder in de lucht. Voor ons begint het wel een frisse avondlucht te worden. Dus truitje of overgooier aan. Maar voor de vele Mexicaanse types die je hier ziet, nee hoor: blote armen, lichte T-shirts voor de jongens en mannen, lichte witte bloesjes voor de meisjes en vrouwen. Warmbloedig volkje toch, die Mexicanen.
We rijden terug naar huis, maken gebruik van een vierbaansvakweg en rijden zo langs downtown Houston. De wolkenkrabbers staan in de donkerte “met vol verlichte vensters” te schitteren. Zij verdringen zich tegen elkaar op, precies om op de eerste rij te willen staan. Imponerend enerzijds. Maar anderzijds in feite gewoonweg geldverspilling, want de kantoren zijn nu gesloten. Maar ja zich laten zien en willen opvallen is de leuze. Verlichte merkpanelen alleen zijn niet voldoende. Daarom alle lichten aan! Energie is hier blijkbaar goedkoop.
Maandag 17 maart 2003
Ik ben vanmorgen om 6U30’ wakker. De kinderen staan om 7u30’ aan de deur. Maar ik ga met hen terug naar hun kamer. Het is nog wat te vroeg. Zij vragen om samen op Karen’s kamer te mogen liggen. Dat staat opa graag toe.
We staan op om 8u, eten en we vertrekken om 9u30’.
Vandaag beginnen immers onze vakantiedagen buitenshuis. De bestemming is richting zuidwestwaarts Texas, the Hill Country (*7) door. Meer komen wij niet te weten.
In de omgeving die we doorrijden is landbouw troef. In het oude deel van Katy zien we zelfs rijstvelden en suikerrietplantages. Het vee in de weiden bestaat uit koeien met zwarte kleur. Er zijn ook diepbruine en vaalbruine, maar nog geen “gevlekte” gezien. Hoogstens één met een witte plek op de kop. Van overbemesting kan hier geen sprake zijn. De koeien grazen er met weinigen per hectare. De velden zijn hier zeer uitgestrekt en het aantal stuks vee heel beperkt overeenkomstig deze oppervlakte toch.
Bij ons trekt de auto de mobilhome; hier trekt de mobilhome de auto. Is dat dé manier van uitstapjes doen voor de Amerikaan? Op een reclamebord van een parkeerterrein staat “coming soon/ for sale”. Op die bewuste parkingplaats staan caravans, mobilhomes, tot zelfs een bus te koop. Keuze genoeg dus.
De middenbermen van de autostrades staan vol met blauwe bluebonnets, en in mindere mate met rode tussenin. De bluebonnet is de nationale bloem in Texas. Wij zouden ze lupinen noemen, maar het zijn er hier van een laag groeiende soort.
We passeren een streek met veel meren, “lakes”. Elke lake draagt een naam, bijvoorbeeld: Eagle lake, Brazos Bend lake, e.d..
Kilometers verderop trekken we door een andere omgeving. De benamingen op straatnaam- en uithangborden, wijzen er op dat deze streek van Duitse invloed is geweest en nog is: Weimar, Schobel’s restaurant, Schülenburg, Halltermann lane, Willkommen, enz.
Op pleinen zijn standbeelden met volgende onderwerpen te zien: een gorilla, een beer, een dromedaris.
De hoofdbanen in deze “Germanen”streek zijn – van de steden Weimar tot Wälder – in asfalt aangelegd. Asfaltwegen hebben we trouwens in Texas weinig gezien. De verharding van de wegen is meestal van beton. Op onze reisweg is het weer erg wisselvallig: dan donker en betrokken, dan helder en zonnig, dan bewolkt en regen.
Op de achteruit van een voorbijrijdende wagen merken wij een sticker op met als opschrift: “Don’t attack Iraq”. Hangt er dan toch wat in de lucht? Letterlijk en figuurlijk althans?
Reeds op 200 meter van viaducten die we onder doorrijden staat de doorgangshoogte van die bepaalde viaducten duidelijk aangegeven. Dit wil zeggen én op een groot bord langs de weg én nog eens op het viaduct zelf lezen wij duidelijk: 15 feet + 3 inch, 16 feet + 2 inch, 15 feet + 11 inch, 17 feet + 0 inch, 16 feet + 1 inch, enz.
Op deze Interstate 10-weg rijden we over een aantal bruggen. De chauffeurs worden telkens gewaarschuwd met een bord “Watch for ice on the bridge”. Belachelijk in een staat waar de temperaturen haast nooit onder het vriespunt duikelen: noch ’s nachts, noch ’s winters.
Honderdtachtig kilometers zijn ondertussen afgelegd. Het is 12u30’. We wensen even te pauzeren en nemen de eerstvolgende afslag. We zijn in Lubing en stoppen aan een bazar/snack- zaak. Tijd om wat snoepgoed en drank te kopen en naar de W.C. te gaan. Op de W.C.-muur staat een met zwarte stift geschreven opschrift “dictator G. Bush”. Ik vraag me af hoe Amerikanen denken over: de situatie in Irak, de veiligheidsinspecteurs, Saddam Hoessein, het Irakese volk, een nakende oorlog (?) en (eventueel) het zenden van eigen manschappen naar Irak met als gevolg oorlogsslachtoffers bij burgers en militairen.
We stappen terug in en vervolgen onze weg naar waar? (we mogen het nog altijd niet weten en de kinderen verklappen het ook niet). Onderweg lezen we op een bord: “drive friendly”.
Langs deze baan liggen enkele kerkhoven. Het eerste is een kerkhof met beeldjes. Het tweede zonder beelden, zonder wegeltjes. Alleen graven tussen gras. Voor elk graf staat een kegelvormige houder met bloemen gevuld.
Vele kerken, die wij zien, hebben goed uitgeruste kindertuinen. In de volledig omheinde speelpleinen staan: klimrekken, schuifaffen, schommels en andere veelkleurige toestellen.
Het is 13u45’. Aan een kruispunt slaan we links af en rijden een parking op. We stoppen bij een Italiaans restaurant Johny Carina’s, een Country Italian retaurant. De pizza, de calzone, en de pasta smaken lekker. Het koele drinkwater krijg je hier uit grote bekerglazen.
Na het eten zetten we de rit verder. We rijden voorbij het St. Peter’s and St. Paul’s cemetry, volzet met witte kruisbeelden. We komen New Braunfels (*8a) binnen, the heart of the Texas Hill Country. Op een rondpunt, het eerste dat we tegengekomen zijn, zien we verderop een parking. We parkeren de wagen en stappen even uit. Op het marktplein staan twee standbeelden en een kiosk. Het ene standbeeld herdenkt de burgeroorlog 1861, het tweede standbeeld is opgedragen ter ere van de veteranen van de eerste wereldoorlog. Veel festiviteiten en bouwwerken zijn hier van een Duitse origine. Zo wordt een Wurstfest op 8 oktober 2003 nu al aangekondigd. Een supermarkt Handy Andy draagt Duits vakwerk in zijn voorgevel.
Ik vind de bomen in Texas erg grillig van vorm. Het landschap is nu wel heel heuvelachtig geworden, met rotsstenen bezet en vol cactussen en yucca’s. We zien een plakkaat met “Bulls for sale”.
De ene ranch (*9) na de andere volgen elkaar op. Om 14u30’ breekt de zon door. Bergheim ligt op 11 kilometer. We rijden over de Guadalupe rivier (*10a). Veeteelt gedijt hier goed. Dit is te zien aan een kudde langoorschapen met bruine afhangende lange oren, aan groepen paarden en een groot aantal koeien. We bemerken zelfs een paardenkliniek in deze omgeving.
In Boerne (*8b) nemen we baan 87 en daarna baan 45. We draaien de “Guadalupe River Ranch” (*11) binnen. Is dat dus de (goed bewaarde geheime) vakantiebestemming? Het antwoord is ja! Aan deze ranch, de Guadalupe River Ranch is nog een hele geschiedenis aan verbonden. Dat lezen wij later althans in de brochure.
We melden onze komst aan. Op het eerste gezicht is dit een groot vakantieoord, met alles er op en er aan. Er zijn tennispleinen, zandvolleybalvelden, twee openlucht zwembaden, een baan voor een golfspel met houten ballen, een plek om met hoefijzers te werpen, twee paardenstallen, een neerhof, een tuin, een souvenierswinkel, fitnesscenter, speelzaal en een kuuroord.
Fietsen staan er ter beschikking. Op het frame is een sticker aangebracht met volgende veiligheidswaarschuwingen:
– wear a helmet
– check your brakers
– do not ride at night (er is geen voor- en achterlicht voorzien op de fiets)
– read owner manual
We krijgen als verblijf een villaatje toegewezen (in moëllonsteen opgetrokken), met huisnummer 210 en met naam E. Einstein. Binnenin is alles comfortabel en net. We laten er onze valiezen achter. Het gezin Aerts-Swinnen krijgt een ruimer villaatje, met huisnummer 211 en met naam W. Whitman. Het staat ons allen meteen aan.
Om 18u is het verzamelen geblazen aan het neerhof om de dieren te voederen. De kinderen zijn er graag bij. Voeder is te koop. Voor Karen en Paulien elk een potje granen. De oppasser geeft Karen nog een tutterfles gevuld met melk. Goed om een kleine geitje te laten zuigen.
Daarna gaan we eten. Onze tafel is gereserveerd. Op een kaartje staat gedrukt: “Guadalupe River Ranch Reserves This Table For AERTS”. Het smaakt ons goed. De menukaart draagt bovenaan een klavertje vier. Vandaag is het immers St. Patrick’s day, een Ierse feestdag.
Today’s menu vermeldt:
Soep: groene aspergecrèmesoep
Voorgerecht: romeinse slaatje met tomaten, palmhart en een frisse vinaigrettesaus
Hoofdgerecht: een filetpur, gekruid met koreander en curry, met ratatouille van gemixte aardappelen en groene pijpajuin.
Nagerecht: gember crème brulée.
Om 20u30’ hebben we ons ingeschreven voor een hay ride (*12a). Op een platte wagen zijn balen stro gestapeld die voor zitplaatsen dienen. We krijgen een dikke wollen deken over onze knieen. Maar waar zijn de paarden? Nee hoor. Er komt een tractor aangereden. Die zal onze kar trekken. De “menner” heeft verlichting bij. Met een lantaarn verlicht hij bepaalde plaatsen waar zich konijntjes, eekhoorntjes, herten en zwarte paarden bevinden. Met ons gezelschap doet hij een toer in het domein van ongeveer een uur.
Om 21u45’ zijn we terug. Genoeg voor vandaag. Tijd dus om onze bedstee op te zoeken.
De verwarming, de koeling en de ventilator van de kamer kunnen nauwkeurig afgesteld worden doormiddel van apart te regelen selectieknoppen. Effen opwarmen. Alle aanduidingen op de kamer zijn in vier talen opgegeven: Engels, Frans, Spaans en Duits.
Dinsdag 18 maart 2003
Om 6u30’ wordt ik wakker. Ik maak mijn opschik en om 7u50’ ga ik buiten. Ik doe op mijn eentje een wandeling naar een nabij gelegen grot, een kapelleke dat in ruwe rotsstenen is opgetrokken. Het kapelleke is toegewijd aan “the Virgin of San Juan”. Op het altaar brandt een kaars. De morgenlucht is nog wat koel. Ik adem zuivere frisse lucht in.
Om 9u kan het morgeneten genomen worden. De tafel is zoals gebruikelijk gereserveerd. Het eten is als buffet georganiseerd en in de ruime veranda staan spijs en drank op tafels uitgestald. De spijskaart is gevarieerd. Als spijs is de keuze: spek, gebakken eieren, koffiekoeken, rozijnenbrood, toast, bruin brood, wit brood, broodjes, zoete driehoekige gebakjes, “hotmeat” met bruine rietsuiker of ahornsiroop, confituur, kaas, zes soorten fruit in schalen. Als drank: vier soorten fruitsap in glazen kannen en verder koffie, thee, ice tea en water. Alles naar believe.
In de voormiddag hebben we ons opgegeven voor een “groene-vingers-bijeenkomst” in de tuin. De hovenier legt ons alle bomen, heesters, planten en bloemen uit, alsmede de kweek ervan. Verder het onderhoud en de bemesting van zijn tuin. Enkele personen kopen zich wat plant- en zaaigoed aan.
Een dienster van het keukenpersoneel brengt ons in een spierwitte katoenen handdoek een dood vogeltje. Het is een klein vogeltje, pekzwart en met blinkende vederen. De bek is zo lang als het lichaampje groot is. Het is een hummingbird (* 13a). Het vogeltje heeft zich te pletter gevlogen tegen het vensterraam. Zielig toch, zo vlak aan het begin van de eerste warme lentedagen.
Om 13u kunnen wij terug aan tafel gaan voor het middageten. De spijskaart vermeldt het volgende:
Soep: linzensoep
Hoofdgerecht: gebakken kippenbeafsteak, aardappel ratatouille met kaneel en safraan, twee schijfjes abrikoos met kaneel, komkommer, tomaat.
Dessert: potje huisgemaakte cocosnotenpudding met suiker
Om 15u wordt verzameling geblazen voor de kayakkers. Gezien de rivier nogal wild staat en met minder gunstige aangekondigde weersvooruitzichten (regen, onweer?) raadt de leider iedereen aan om geen kinderen mee te nemen in de kano’s. Kurt doet dan maar alleen mee. Wij met ons vieren beloven hem om hem op het traject beneden op te wachten. Tot straks!
Dat wordt voor ons een fikse wandeling naar het dal. Met steile houten trappen en een kleine bergweg bereiken we het dal van de Guadaluperivier. Vele jaren geleden heeft deze canyon (diepe ravijn) een belangrijke rol gespeeld in het dagelijks leven van de indianen. Het was eens hun thuisland vooraleer westerlingen zich hiervan meester hebben gemaakt.
Daar zien we de kayakkers! De leider, Kurt en de anderen naderen. Alle kayakkers liggen achter mekaar op een rij. In de rivier liggen hindernissen, zoals: neerhangende takken van bomen, uitstekende wortels tot zelfs volgroeide bomen toe. Achteraf vertelde Kurt ons dat hij langs de kant een reuzenslang had zien liggen, rustend in de zon.
Onze terugweg is nu één van klimmen en klauteren. Van het diepe dal te voet terug naar boven via een steile bergweg en een lange houten trappenconstructie.
Om 17u30’ doen wij nog een wandeling mee. Deze keer een fossielentocht onder leiding van twee gidsen: een jonge man die voor geologie studeert en een knappe, blonde jonge dame die optreedt als gids. Zij luistert naar de naam Margret en is gekleed in een lichtbruinkleurige uitrusting: korte broek, blouse, cowboyhoed en dito lichtbruine lederen bottines. Een 16-tal personen waaronder wij (Chris en ik) doen deze speurtocht door de ongerepte natuur. Fossielen liggen hier op onze weg om zo te zeggen voor het grijpen. Er zijn zelfs heel mooie exemplaren bij. Het is klimmen en dalen. Een ware eetlustopwekker.
Veerle, Kurt, Karen en Paulien hadden zich ondertussen aangegeven voor een trektocht op de rug van een paard en voor een stick riding (*12b). Ze hebben er van genoten. Paulien ook? Ik weet het niet, maar haar paard had als naam “grandma” en dat stond haar blijkbaar niet aan.
In Texas staat het paard centraal. Ik droom er reeds van om eens een echte rodeo (*12c) als evenement mee te kunnen beleven. Voor volgend bezoek misschien?
We komen tijdig voor het avondeten terug. We hebben zelfs nog ruim de tijd om ons even te gaan verfrissen. Die goede buitenlucht heeft ons een opperbeste appetijt bezorgt. Om 19u15’ zitten wij aan tafel.
Na het eten verkennen wij nog de nabij gelegen gebouwen: de souvenirszaak, de T.V.- kamer, de fitnesszaal en de speelzaal met biljart, darts en sjoelbak.
Om 20u55’ zoeken wij de kamer op. Welterusten. Slapen als een roos, kun je hier.
Woensdag 19 maart 2003
Om 7u15’ ben ik wakker. Enkele tijd later sta ik buiten en doe mijn morgenwandeling rondom de uitbating. De morgenstond heeft hier ook goud in de mond. De natuur ontwaakt. Daarenboven zijn de eerste lentedagen op komst en bloeit de natuur open.
Een aantal kort bij elkaar staande stoere bomen trekken mijn aandacht. Het wemelt er van vogels die af en aan vliegen. Eén vogel valt op tussen al de andere. Diep helderrood zijn de veren. Het is een “cardinal” (*13b), verneem ik later als ik aan het personeel om uitleg vraag. Een citroengeelkleurige vlinder zoekt een plaats op de bloem van een heester. Mooi!
Tevreden van alles wat ik gezien heb, ga ik terug naar onze stenen blokwoning. De natuur in Texas kent een weelde aan fauna en flora, is ontzettend ruw, heeft machtige panoramische uitzichten met reikwijdten die tot tegen de horizon gaan. Ongerept, ongecultiveerd. Puur natuur.
Onze tafel, net als de vorige keren, is gereserveerd. Het is ons laatste morgenmaal. We gaan straks vertrekken; verder landinwaarts Texas in. Omstreeks 10u30’ is het zover. De valiezen en onze handbagage zijn al gestouwd in de terreinwagen. Adieu G.R.R., Guadalupe River Ranch: prachtig domein, een fijn vakantieoord om op en top te relaxen en een zeer goede service.
We verlaten Boerne. We nemen weg nummer 87. Deze baan loopt door een sterk heuvelend en daarom ook kronkelend landschap. De weg is in baanvakken qua indeling sterk aangepast aan de terreinomstandigheden. Op bepaalde wegstroken zijn eerst twee baanvakken opwaarts en één baanvak afwaarts te zien. Daarna twee baanvakken afwaarts en één baanvak opwaarts. Tenslotte op de meer rechtere stroken twee baanvakken opwaarts en twee baanvakken afwaarts. Dit in functie van de hellingen en de zichtbaarheid.
Fredericksburg (*8c) is een mooie plaats. We parkeren de auto op een kleine parking nabij twee vlak naast elkaar staande kerken. The famous twin towers of the two churches, namelijk “the old St Mary’s Catholic Church” van 1861 en “the new St Mary’s Catholic Church” van 1908. Het interieur van beide kerken is zeer sober. Wit is de overheersende kleur. Een sfeer van godsvrucht en piëteit vult de ruimte. Enkele kerkgangers bidden.
Buiten op het terras van het nabij gelegen Altdorf restaurant nemen we een middagmaal van Duitse origine “Sauerkraut mit Knackwurst und dabei ein Bier”.
We verlaten Fredericksburg, peach capital of Texas, a town of German heritage and Texan hospitality. Landbouwproducten zijn hier: perzikken, zwarte koeien, hooi en graan.
In het kader van het milieu, om sluikafval tegen te gaan, is een opmerkelijk opschrift te zien “littering is awfull” (*5c).
Met andere slogans op borden wordt de aandacht van de chauffeurs getrokken op het begrip veiligheid: “fasten safety belts”, “watch for ice on the bridge” (hier dus ook nog), “watch for water on the road” (bij het doorkruisen van de Medina rivier (*10b)), “falling rocks” (te lezen op een bord naast een rotsflank opgesteld).
We bevinden ons in een gebied met kalksteenlagen. Balen hooi op rollen liggen in de weiden te wachten. Troepen geiten, schapen en koeien staan in groene grasvlakten, de prairies.
Boven een kadaver, kort langs de baan gelegen, cirkelen wel 15 arenden in de lucht.
Langsheen de baan South 16 Texas, in Medina (*8d) staan houten huizen geschilderd in blauw, rood, écru, grijs, wit, grijsblauw, groen met écru. Voortuinen liggen er netjes bij.
Aan een tankstation hebben wij de gelegenheid om twee cowboys te paard te fotograferen. We zijn in Bandera (*8e), de cowboystad bij uitstek in Texas. In toeristische folders wordt Bandera, cowboy capital of the world, genoemd. En kijk eens naar de netjes naast elkaar schuin geparkeerde wagens voor de saloons! Precies een filmscenario.
In dit deel van Texas zijn veel brandstofmerken. Zo heb je: Shell, Chevron, Exxon, Conoco, Texaco, Citgo, Mobil, Fina, Philips 66, Town & Country, Diamond Shamrock en HEB. De brandstof is er goedkoop. De prijzen verschillen van plaats tot plaats, van merk tot merk en van tankstation tot tankstation. Vandaag 19 maart 2003 schommelen de prijzen aan de pomp voor één gallon (gelijk aan 3,78 liter) tussen volgende grenzen:
– regular unloaded: 1,54 9/10 à 1,61 9/10 $
– plus: 1,61 9/10 à 1,69 9/10 $
– supreme:1,66 9/10 à 1,79 9/10 $
– diesel: 1,74 9/10 à 1,79 9/10 $.
Het verbruik van het Amerikaans wagenpark moet per dag fenominaal groot zijn. Voertuigen slikken hier vee, zeer veel. Vijftien liter per 100 km is zeker geen piek, bijlange niet. De brandstof is doorgaans benzine, in mindere mate diesel of LPG.
Het wagenpark bevat (relatief weing) personenwagens, daarentegen veel monovolumes, pick-ups, jeeps, 4 x 4 en veel zware truckwagens. Zo van die kenmerkende trucks met:
– veel chromé,
– meestal twee verticale uitlaatpijpen die achter de stuurcabine uitkomen,
– en een zware dikke typische vierkante neus.
Meest voorkomende automerken zijn: Chevrolet, Dodge, GM, Ford, GMC, Buick, Lincoln, Toyota. Wagens uitgerust met automatic zijn geliefder dan andere. Zowel bij aankoop als bij tweedehands liggen de prijzen ervan hoger. Er is daarvoor een betere afzetmarkt te vinden.
Als bandenmerken zijn te noteren: Uniroyal, Good Year, Wrangler, Firestone en Bridgestone.
Na Bandera naderen we San Antonio (*8f). We merken zowaar een carpoolpark op. Langs de weg, een 2 X 3 baanvaksweg, ligt een appartementsgebouw waar suites te huren zijn à 150 $ / per week. Via een drive-thru (*14) is een bank en een apotheek te bereiken.
We lezen op reclameborden onder meer opschriften als: “We buy ugly houses” en “Dozen roses 6,99 $”. Texas is de grootste rozenproducent van Amerika.
We zoeken ons hotel Red Roof Inn op. Dit hotel is gelegen kort bij het centrum van San Antonio (wat een voordeel is om dowtown stapvoets te bereiken). Maar dit hotel is ook kort bij een autostrade gelegen (wat na de eerste nacht al voor ons als een groot nadeel werd beschouwd gezien het aanhoudende geruis van voorbijsnellende auto’s).
Vanavond gaan we het bruisende leven op de riverwalk (* 15) meemaken. Ongelooflijk! Op de voetgangerspaden langs beide oevers van deze binnenrivier wandelen heel veel bezoekers; restaurantjes en drankgelegenheden zitten propvol; winkels trekken volk aan; de (plattebodem) plezierbootjes zijn alle bezet. Eén en al attractie. Het uitgangsleven draait hier op volle toeren. Even later doen we ons goed aan een Mexicaans menu.
We bespreken reeds het programma voor onze volgende toeristische dag. Dit zal bestaan uit: 1°) een boottochtje op het binnengedeelte van de San Antonio rivier (*10c), 2°) een bezoek aan downtown, the Alamo en enkele missieposten.
’s Avonds op de hotelkamer aangekomen zet ik, nog voor het slapen gaan, even de TV aan. Het is woensdagnacht 19 maart 23u30’ (in België donderdagmorgen 20 maart 06u30). Ik schakel in op NBC, ga over naar CNN, zap naar ABC en kom tenslotte bij CBS terecht. Al bij al wordt het een lange TV-nacht. Ja, het is zover! President Bush en zijn staf hebben beslist.
War in Iraq has begun! (*16). Ik kan de slaap maar niet vatten. Reportages volgen elkaar op. Up-dates zijn er alle kwartieren. Verslaggevers verslaan kort bij de vuurlijn. Vuur, rook, explosies van zware bominslagen en ratelende mortieren zijn nachtelijke beelden van deze eerste oorlogsdag. Tegelijkertijd in Basra én in Bagdad is de strijd losgebarsten.
De media draait op volle toeren. TV, radio en kranten smeren alle oorlogsnieuws breed uit.
“Television is the drug of the Nation” is een uitspraak van een bekend reportagemaker. Vanaf nu is elke Amerikaan in de ban van de beeldbuis. De ontwikkeling van de oorlog wordt op de minuut gevolgd. Beelden van het front, vanuit het Pentagon in Washington, van het hoofdkwartier van de Amerikaanse troepen Camp Doha in Qatar volgen snel elkaar op.
Vrouwelijke journalisten, mannelijke reporters, militaire bevelhebbers, soldaten: allen komen relaas en kommentaar geven. De nieuwe berichtgever is evenwel een “ingebedde” journalist(e) (*17).
Donderdag 20 maart 2003
Het is vroeg als ik wakker wordt. De nachtrust was miniem. We hebben slecht geslapen. We besluiten om ons hotel niet verder te huren. We hebben afgesproken om beneden in de inkomhall op elkaar te wachten. Aan de balie kunnen Kurt en Veerle met de baas tot een deal geraken. Business is business. We maken onze kamers vrij. We laden de bagage in de wagen, die op de parking voor het hotel staat. We trekken te voet de binnenstad in.
We gaan via de riverwalk naar het centrum van de stad. De tonen van (echt waar!) de vogeltjesdans komen ons toe uit een nabijgelegen snack- en drankgelegenheid. We gaan door de gangen van het superchique Hyatt Regency Hotel en bereiken zo een winkelstraat.
Op TV’s (opgesteld in restaurants, winkels en koffiebars) komen beelden door van de aanval van de coalitietroepen op Bagdad en Basra. Het TV-station CNN meldt: “Freedom has begun”. De hoofdtitel van de krant the Houston Chronicle is “We are on war”. Een voorbijganger heeft een T-shirt aan met de slogan ”We support our troops”.
Politieagenten patrouilleren te voet, in short op mountainbikes en gemotoriseerd met wagens door de stad San Antonio. Hangt er spanning in de lucht?
Zwaluwen, duiven, eenden en griijsbruin gestreepte eekhoorntjes maken deel uit van het drukke stadsleven. Lucht, water en land zijn vreedzaam bezet door deze fauna-exemplaren.
Ondertussen draait de oorlogsmachinerie met bommenwerpers, vliegdekschepen en tanks te lucht, te water en te land volop in Irak.
We gaan door een overdekte winkelgalerij. We pauzeren aan de rand van een waterpartij en nemen plaats aan een terrasje. We bestellen ons een drankje en nemen een lichte lunch.
Een damesvoetbalploeg komt juist toe, met begeleiders en al. Hun voetbaluitrusting in witblauwe kleuren, het bruine houten bruggetje, de opspuitende waterfontein en de groene plantengroei maken een mooi decor uit voor een groepsfoto, genomen door een professioneel uitgeruste ploeg van drie fotografen.
We maken een boottocht op de riverwalk. Don’t just walk the river, ride it! De gids op de boot praat de hele tocht door over het ontstaan en de geschiedenis van de riverwalk, over de bezienswaardigheden die langsheen de route te zien zijn, over de bruggen, enz.
Wij nemen een stevig diner. Het is een restaurant drie verder als dat van gisterenavond. We zitten buiten, bij een boom, aan de rand van het water. Gezellig en rustig is de plaats.
Overheersend in het stadsbeeld van San Antonio komen voor:
1°) licht blauw gekleurde olievaten die als vuilbakken dienst doen,
2°) psychedelisch gekleurde koeien uit glasvezel die het straatbeeld op hoeken en pleinen opvrolijken met hun flower-art,
3°) de zeer typische donkergroene trolley’s (tramwagentjes) in retrostijl.
We gaan stapvoets verder naar The Alamo (*18), eigenlijk mission San Antonio de Valero. Hier is geschiedenis geschreven. Hier speelde zich een hevige strijd uit in wat de Texaanse Revolutie zou worden. Hier is het verhaal te lezen en te beleven van dertien fatale dagen in 1836 (van 23 februari 1836 tot 6 maart 1836), namelijk de harde strijd van de Texas Rangers tegen de Mexicanen.
De gebouwen van eertijds (een missiepost gesticht in 1718) zijn stelselmatig uitgebreid met gebouwen van recentere data. Zo o.a. deze van:
– 1920: de omwallingsmuren en arcade,
– 1936: de souvenirsshop,
– 1950: de bibliotheek (met een interessante documentenafdeling),
– 1968: een historisch museum (met authentieke vlaggen, kleding en wapens),
– 1997: een expo in open lucht met data en feiten op plexiglas panelen gegrift.
De lange namenlijst van de helden van the Alamo vermeldt 189 namen. Onder hen talrijke Engelsen, Ieren, Schotten, Duitsers en uiteraard Texanen. Onder hen de meest legendarische strijders met ook voor ons welbekend klinkende namen: Jim Bowie, befaamd messenvechter; David Crockett, grensstrijder en lid van het Congres uit Tennessee en William B. Travis, de commandant.
Zo, dat hebben wij gezien. Wij begrijpen nu al wat beter de geschiedenis en het ontstaan van Texas en meteen ook een stukje plaatselijke geschiedenis van U.S.A..
We gaan terug naar onze wagen en stappen in. We bezichtigen achtereenvolgens nog drie kort bij elkaar gelegen missieposten (*19), namelijk:
– mission of Nuestra Senora de la Purisima Concepcion (1731),
– mission of San José y San Miguel de Aguayo (1720 en meest bekende),
– mission of San Juan Capistrano (1731)
N.B.: mission of San Francisco de la Espada, de oudste (tevens vijfde) missiepost (1690) hebben wij niet bezocht.
Gedurende ons bezoek aan de missiepost Concepcion waren fotografen – uitgerust met paraplu’s, statieven en reflecterende aluminiumschermen – shots aan het nemen van enkele bruiden in witte bruidsjurken. De arcaden van the mission Concepcion vormden daartoe een uitstekend decor. Voor de een of andere Amerikaanse Libelle misschien?
We toeren verder. We rijden door de King Wiliam-wijk. Een chique buurt met statige villa’s en mooi aangelegde tuinen. Maar vijf straten verder is armoe troef. Een krottenwijk zonder élan of uitstraling, met veel rommel. De verf op het hout van deuren en ramen is verbleekt en oud.
Stilaan verlaten we de binnenstraten van de stad en keren terug naar de hoofdstraten.
Wat verderop zien we een betoging. Oh neen, de deelnemers blokkeren niet in het minst de rijweg. Een 120-tal vredesactivisten staan netjes op de stoep, langsheen de rijweg, gedrumd tegen elkaar opgesteld. Zonder getoeter, zonder gefluit, zonder gescandeerde slogans. Heel waardig en gedisciplineerd staan ze daar. Op borden en spandoeken is te lezen: “Impeach Bush”, “Peace is patriotic”, “No war”. Drie politiewagens staan in verschillende richtingen kort bij de groep gestationeerd. Met walkie talkies wisselen zij met elkaar gegevens uit.
Veerle rijdt voorbij de groep en steekt haar rechterduim omhoog. Wij zwaaien hen in het voorbijrijden goedkeurend toe. Het is kwart voor zes. We nemen de High 10, richting Houston. Terug naar huis.
Op een farm, tussen New Braunfels en Luburg, zien we een kudde stoere bizons (*20a) grazen. Ook de aanblik van Longhorns (*20b), het fameuze vee van de streek, is prachtig.
We komen veilig en wel thuis. Als we thuisgekomen zijn luisteren wij naar de dictafoon. De firma Exxon heeft Kurt opgeroepen om zijn coördinaten door te geven. Dit is een extra veiligheidsmaatregel door de firma zelf opgezet.
Vrijdag 21 maart 2003
Om 7u30’ is iedereen opgestaan. Na ons morgeneten gaan we met de auto naar downtown Houston (*8g). De autoradio meldt dat de Amerikanen op 200 km van Bagdad zijn.
Langs de baan, die Kurt trouwens dagelijks dient te nemen naar zijn werk, zien we prachtige bedrijfsgebouwen (voorzien van grote parkings), zoals: American Bank, Bank of Texas, Sterling Bank, Mustang Engeneering, , Omni Hotel, Westchase Hilton, Foley’s, CGG, Aaron (dure meubels), Wood Group, ERM-Southwest, enz.
Er is een speciaal afgebakende middenwegstrook voorzien. In de voormiddag is die open voor het verkeer dat naar Houston gaat. In de namiddag is dit baanvak bestemd voor het verkeer dat van Houston weggaat. De rijrichtingen worden dus veranderd in functie van de drukte van het verkeer en de bezettingsgraad. Wel te verstaan zijn op deze wegstrook geen camions of auto’s met slechts één inzittende toegelaten. Deze wegstrook is enkel bestemd voor auto’s met 2 of meer inzittenden. Voor de haastige chauffeur en zijn gezelschap is deze voorbehouden éénrichtingsbaan een luxe, naast de volzette 2 x 5 baansvakstroken.
Als snelheid wordt aangegeven: max. 60 miles en min. 40 miles. Aangeduide snelheden worden zelden overschreden. In de States is vast en zeker verkeersdiscipline aanwezig!
Op een bord langs de baan staat “One God”. Een fitness airobic center is 24u/24u open. Met afgedankte Pet-flessen is een reuzenbol gevormd.
We naderen the city hall (stadhuis) en the city hall annex (bijgebouw stadhuis) van Houston. We stallen de auto in een bewaakte, betalende parking.
We bezoeken eerst The Heritage Society, gelegen in het hart van downtown Houston. Dit is een openluchtmuseum in het Sam Houston park en geeft meteen een inzicht in het verleden van Houston. Het monument ter ere van Sam Houston (* 21) te paard staat hier opgesteld.
Onder meer zijn enkele aristocratische residentiële houten huizen te bezichtigen. De onderzijde van de plafonds van de oversteek van de bovenverdieping van zulk een huis is in lichtblauwe kleur geschilderd. De reden van die gekozen lichtblauwe kleur blijkt te zijn dat die tint de muggen afschrikt! Opvallend is ook dat de keukens van deze huizen los van de woonhuizen zijn opgetrokken. Dit om het risico van overslaand brandgevaar te vermijden.
Wat is er nog zoal te zien? Een houten huis uit 1870; het allereerste bakstenen huis van Houston daterend 1847; een huis in Griekse stijl anno 1850; een kleine houten kerk, genaamd Saint John Church, gebouwd in 1891 en niet te vergeten het museum zelf. Hier zijn colecties samengebracht van oude klederdracht, speelgoed, borduur- en kantwerk, poppen, weefgetouwen, prachtige antieke meubelen, spiegels, enz.
Dit stukje historische bewoning en goed bewaard erfgoed van oud downtown aanleunend tegen die reusachtige moderne wolkenkrabbers van het nieuwe downtown is op zich al imponerend en uniek te noemen. Verleden en heden vlak naast elkaar.
Onder de buildings van kantoorgebouwen zijn ondergrondse winkelstraten gebouwd, verlicht met kunstlicht en verlucht met airconditioning. Tegen de avond worden deze winkelstraten met zware metalen dikke deuren afgesloten voor het publiek. Er wordt gekocht en verkocht. De handelszaken draaien hier blijkbaar goed. Luxueus tot en met. Zowel eethuisjes, als drankgelegenheden als juwelierszaken hebben hun klanten. Bij een juwelier hangen in zijn zaak 3 Amerikaanse en 3 Texaanse vlaggen. Patriotisme is altijd en overal aanwezig.
Maar toch vind ik dit ondergronds winkelen artificieel en nogal onnatuurlijk. Airconditioning houdt u immers in leven. Wat bij stroompanne, bij brand, bij sabotage?
Ik ben blij dat ik terug buitenlucht kan opsnuiven en de hemel zien. Sta je aan de onderkant van zo’n wolkenkrabber en je kijkt loodrecht naar boven dan heb je kans dat je achterover valt. Zo hoog! Onder meer is de statige building van de firma ENRON imposant.
Er rijden in het centrum van Houston 2 trolley-lijnen en 9 Metro-lijnen op regelmatige tijdstippen. Metro-lijnen zeg ik. Maar dit zijn geen ondergrondse verbindingen. Metro is hier de naam van de vervoermaatschappij Metropolitan Transit Company. Hun bussen zijn in de kleuren van Texas; dit wil zeggen wit, rood en blauw.
We dineren bij Anthony’s, één van de betere restaurants van Houston. Kelners in zwart pak, zonder jas en met wit hemd, zijn van dienst. Het interieur binnen is groot en statig, met prachtige meubelen in oude stijl en mooie schilderijen aan de wanden. Het weer is zonnig. We nemen plaats op een groot verhoogd buitenterras. De kelner prijst ons een menu met verse vis aan. Dat menu lijkt ons aan te staan en we gaan het ons achteraf gezien ook niet beklagen. Red snapper (*22a) is de naam van de vis. Met een wit Italiaans wijntje erbij wat kun je nog meer verlangen? En we zijn niet alleen. Het terras is voor driekwart gevuld: jonge lui met GSM en een baby, zakenlui met GSM en een aktentas.
Van vakantie moet je genieten. De kinderen hebben een reuzenrad gezien. Zij willen er naar toe gaan. Bijna midden in de stad een attractiepark. Eén zoals wij in San Antonio hebben ontmoet. Er is een treintje, er zijn kermismolens en kramen. Er is ook een restaurant, genaamd Aquarium. Zegt u dat nog wat? Inderdaad van dezelfde keten als dat van San Antonio! De “oudjes” blijven beneden, de “jonge ploeg” neemt met zijn vieren plaats in een bakje van het reuzenhoge rad.
Een jonge man draagt een T-shirt met als opschrift “11-09-01”. Voor de Amerikanen blijft dit historisch feit een zwaar te verteren trauma met een diep litteken op het blazoen van hun ingebakken patriotische gevoelens. Never forget, never forgive. Remember september 11.
Met de wagen rijden wij door een betere woonwijk. Rijkeluihuizen met grote tuinen en zwembaden. Bomen, struiken, ruime grasperken. Hier is ruimte zat. Deze rustige weg heeft zelfs een brede groene middenberm. De straatverlichting bestaat uit van die 19-de eeuwse gaslantaarnpalen in retrostijl.
Een postwagen van UPS verzorgt de briefwisseling. De huisnummers staan hier niet op de voordeuren. Ze zijn in grote witte cijfers aangebracht op rechthoekige stenen blokken die vooraan in het gras zijn neergezet, loodrecht op de baan.
Of het nu deze wijk was of niet maar op de Crawfish boil (zie later) vernamen we dat recentelijk een woning in één van de duurdere woonwijken van Houston verkocht is geworden voor het schamele bedrag van 12,4 miljoen $. Effen slikken, nietwaar?
We rijden de parking van the Galleria op. Er is een blue garage en een orange garage. We parkeren ons op niveau –1 zone A. Op de parkeerplaatsen staan o.a. auto’s van volgende merken: Corvette, Lincoln Eldorado, Delville, een Mercedes E 430 met sierwieldoppen.
The Galleria is een immens winkelcomplex van drie verdiepingen hoog. Het is hier chic zeg! Topklasse artikelen tegen topklasse prijzen! Een damesblouse in solden nog 2.000 $, a.u.b..
Er is bewaking met een eigen Galleria security-dienst. Driehonderd winkelruuimten zijn hier ondergebracht. Alles is overdekt, maar er is wel veel natuurlijke lichtinval. Op het gelijkvloers is een ijspiste voorzien met als afmetingen 60 x 25 meter. Er wordt duchtig geschaatst door jong en oud.
Om 17u30’ verlaten wij het winkelcomplex. We nemen de Freeway, dit is een baan evenwijdig met de Highway. Alles is hier big, bigger en biggest in de States. Zo ook de reclame van een sportschoenenzaak: “Just for feet, world’s largest atheletic shoe store”. Voor voetverzorging zorgt een “family foot doctor”.
We passeren een wijk met villa’s omringd met smeedijzeren hekken. Hier is een “retirement community” gevestigd.
Verder doorkruisen wij een overstromingsgebied, het G.B.Nature Park. Aan de overzijde van de baan liggen de sportvelden van een soccer club, de oefenvlakten van een American Shooting Center en een uitgestrekt golfterrein.
Genoeg voor vandaag. Onze memorie opslaan en onze indrukken verteren vragen ook tijd en inspanning. We zijn reeds één week van huis weg. De tijd vliegt snel.
Zaterdag 22 maart 2003
Om 6u30’ wakker en om 7u opgestaan. Wij blijven vandaag in een omgeving tussen Katy en Houston. We rijden met zijn allen naar een plaatselijk sportcomplex waar o.a.: zwemmen, fitness, squash, aerobic, ballet, voleybal en tennis te beoefenen zijn. Van 13u tot 13u30’ is het de beurt aan Karen om zwemles te volgen. Van 13u30’ tot 14u is het de beurt aan Paulien. Kurt en Veerle nemen ook een duik.
Wij eten vandaag Chinees en gaan een groot Chinees restaurant binnen, met veel tafels en vier TV’s. De TV-nieuwsuitzender ABC geeft een verslag uit over de bombardementen op Bagdad en Basra. Er zijn al doden onder de coalitietroepen gevallen.
Het buffet staat klaar. De dranken zijn te bestellen. Er is eten genoeg. Naar eigen keuze zijn gerechten in kleine of grote porties te nemen:
– verschillende soepen;
– verschillende voorgerechten;
– Hoofdgerechten met vis,vlees, vegetarisch,met rijst,nasi/bami en allerlei sausjes;
– verschillende desserten;
– verschillende fruitsoorten.
Na het eten maken we een ommetje en rijden we naar Kurt zijn werkomgeving. Langsheen een laan zijn de gebouwen van Exxon gelegen. Aan beplanting geen gebrek. We zien een bareel, bewaking en een gebouw midden het groen. Kurt zegt dat als hij op zijn bureau is en hij naar buiten kijkt hij dikwijls “Texaanse” eekhoorntjes ziet in de bomen en in het gras.
Het uur is al een flink stuk in de namiddag opgeschoven. We stoppen onderweg om een Starbucks te drinken. Chris neemt thee, Veerle water en de kinderen een frisdrank. Op de parking zien wij een vierkantig geblokte, bijna gepantserde zwarte jeepachtige wagen staan. Het is een Hummer(*23). Momenteel een zeer geliefd trendy vervoermiddel bij onder andere bekende sportvedetten.
Tegen valavond zijn we verwacht in de Cinco Ranch voor een crawfish boil (*12b), ingericht door de Belgisch club, met name Nova Belgica (*24). Een gezellig clubje naar het blijkt. We hebben direct goede contacten met een Antwerpenaar (de webmaster van Nova Belgica), iemand uit Roeselare en iemand van Merksem (waarvan zijn zus in Stekene woont en waar hij verblijft als hij naar België komt). Ik verneem dat sommigen nog maar 6 maanden hier in Houston of omgeving verblijven (waaronder Kurt en Veerle) en dat anderen hier al 30 jaar gesetteld zijn (waaronder die van Merksem).
En er wordt gebabbeld zeg! Zo wordt het verhaal verteld van een pastoor die in Houston een parochie heeft. Hij beheert er naast zijn kerk, ook een restaurant, een kinderspeeltuin en een club voor alleenstaanden en … hij houdt er ook een vliegtuigje op na. In één woord werkelijk een spirituele manager!
Zondag 23 maart 2003
Deze keer was ik om 7u30’ wakker en ben ik opgestaan om 8u15’. We eten samen om 10u. We nemen een frisse zwempartij in het zwembad. Daarna hou ik mij bezig met wied- en hakwerk in de tuin. Vooral de borders krijgen een flinke onderhoudsbeurt. Na het werk maken Veerle, Karen en ik een wandeling in de omgeving van Teasel Court. Omstreeks 17u45’ vertrekken wij naar Katy Mills, een bekend winkel- en koopcentrum.
In het Rainforest Café, een restaurant, nemen we plaats “midden in het oerwoud”. Een jungle met lianen, watervallen en wilde dieren zoals: apen, olifanten, giraffen en leeuwen. Alles wordt hier 100% natuurgetrouw uitgebeeld in beeld en klank. It’s a wild place to shop and eat. Want naast eten en drinken kun je hier allerlei souvenirs kopen. U kunt voor 10 $ een lidkaart kopen en meteen lid worden van the Rainforest Café Safari Club. Met voordelen vandien. Hier zorgt men ook voor een bijeenkomst in de wildernis om uw verjaardag samen met familie of vrienden te vieren. De reclame hiervoor is: “Be the King or Queen of the Jungle! Celebrate your next birthday with a Wild Bunch”. Bij zulk een happening is daarbij alles inbegrepen. Zie maar zelf:
– the Birthday Bash Menu,
– a Birthday Dessert,
– a Wild Bunch Treasure map and Crayons,
– a Souvenir Cup,
– a Souvenir Photo Keepsake for the Birthday Child,
– a Super Safari Pith Helmet,
– and Birthday Bash Invitations.
Ziezo, we sluiten het winkelbezoek af. Om 19u30’ zijn we terug thuis. De kinderen gaan slapen om 20u10’. Wij blijven nog op met een natje en een droogje tot 22u10. Morgen is de week van het lenteverlof (spring break) voorbij en is het bijgevolg terug school- en werkdag.
Maar eerst moeten wij bij voorrang morgen nog iets oplossen. Na nazicht van onze papieren stellen wij vast dat zowel Chris als ik onze terugreisetiketten van het vliegtuig niet meer hebben. Hoe is het mogelijk?. Nochtans hebben we elk apart onze eigen papieren bijgehouden. Wat nu? Morgen zal Veerle bellen naar ons reisagentschap!
Maandag 24 maart 2003
Kurt is al naar zijn werk. Ik ben wakker om 6u30’ en ga naar beneden om 7u15’. Tijd om wat te eten. De gele schoolbus arriveert om 8u10’. Vijf kinderen waaronder Karen stappen de bus op. Wij wuiven Karen uit vanop de stoep. Bye, bye Karen.
Veerle belt naar het reisagentschap De Cauwer. Zij noteren onze gegevens. Zij gaan met ons terug kontakt opnemen en vragen Veerle’s e-mailadres en telefoonnummer. Nog geen 10 minuten later komt er al nieuws binnen. We mogen gerust zijn. We krijgen een speciale code die we bij het inchecken op het G.Bush luchthaven bij het KLM-kantoor moeten doorgeven. Oef, een pak van ons hart. We krijgen kort daarop bevestiging per e-mail.
De tekst luidt als volgt:
“Beste Mevrouw Aerts,
KLM kon de flightcoupons niet traceren, maar de commerciële dienst in Brussel heeft in het dossier van uw ouders een opmerking gezet waarin KLM Houston de toestemming heeft gekregen om ze hun boardingpass te geven zonder flightcoupons.
De referentie van hun dossier is: PWFQHD
Met vriendelijke groeten,
Rina Soetaers”
Het verloop van het verkeer rondom bepaalde scholen is interessant om eens te vertellen. Hier vlakbij aan de hoofdstaat is een school gelegen. De auto’s staan er in file te wachten om er hun kinderen af te zetten. Hoe gebeurt dat? De auto’s komen per blok van vier voor de schoolingang staan. Vier schoolwachters openen de deuren van die vier auto’s. De kinderen stappen uit (zonder de ouders) en de vier schoolwachters nemen de kinderen mee naar binnen. De vier auto’s rijden weg en ondertussen schuiven vier volgende auto’s door. Vier schoolwachters komen terug aan, enz. Practisch en veilig, nietwaar?
Met de auto doen wij Paulien weg naar school. Haar school is een private school. Een ruime inkomhall en een nette gang zien wij bij het binnenkomen. Reproducties van de schilders Monet en Van Gogh versieren de muren. De klaslokalen zijn fris geschilderd.
We brengen Paulien naar de klas. Zij hangt haar jasje aan één van de kinderkapstokjes. Achteraan in een hoek van het klaslokaal staan wel 80 vlaggen, waaronder de Belgische.
De kinderen weten wat ze moeten doen en nemen hun plaats in: op stoeltjes of op een grondtapijt. De methode van een Montessori-school (*25) is: “alles komt vanuit het kind zelf”. Dit basisinitiatief van het kind wordt aangevuld of gecorrigeerd door de leerkrachten. Het vastgestelde programma dient evenwel gevolgd te worden. Daar zorgen Miss Shirley en miss Betty voor, de leraressen van deze kleuterklas of kindergarten zoals men hier zegt.
Alles is ordelijk geschikt en ingedeeld. De klas heeft aan één wand twee deuren voor de restroom. Namelijk een W.C.deur met opschrift “boys” en een W.C.deur met opschrift “girls”.
De school van Karen is een public school. Omstreeks het middaguur zijn wij aan haar school: de Roosevelt Alexander Elementary School (RAES). Op de blauwe vloermat aan de inkomdeur staat te lezen: “Welcome to Roosevelt Alexander Elementary – Home of the stingraes”. De stingray (de rog) is immers het embleem van de school. In de inkomhall staan een aquarium en een scheepsroer. De muren zijn in frisse kleuren gezet, versierd met watertaferelen met kleurrijke vissen (rode, gele) en waterplanten.
Oh, wacht eens eventjes. Aan de balie moeten wij ons eerst voorstellen, ons legitimeren met ons paspoort en ons inschrijven in het bezoekersboek. We krijgen een sticker met “visitor” om op ons hemd of kleed te plakken. We gaan naar de refter, eigenlijk een turnzaal waar tafels met zitjes en al in delen en op wieltjes zijn uitgeschoven. Ze kunnen later terug ingeschoven en opgeborgen worden.
De leraars/leraressen komen klas per klas binnen. De kinderen staan netjes achter elkaar op een rij. Rustig, kalm, bezadigd, zonder te roepen, te duwen, te trekken, achterom te kijken, te vallen en wat dies meer. Is dat getrainde discipline of aangeleerde tuchtverzorging? Ik denk eerder aan het laatste. Alles verloopt ordentelijk.
De leerlingen komen toe aan een dame met een computer. Daar gebeurt de registratie van kind en menu. Het kind mag doorschuiven en krijgt een plastieken dienblad waar alles op staat. De kinderen schuiven na elkaar aan naar een hun aangewezen plaats. Ordelijk, sereen en kalm. Er wordt wel gesproken, maar zonder geschreeuw of lawaai.
Ook Karen zit reeds aan tafel. Maar omdat wij als bezoekers komen mag zij met haar twee vriendinnetjes bij ons aan een bezoekerstafel komen zitten. In theorie mogen ouders of bezoekers hier ook een maaltijd bestellen. Dat hebben wij nu niet gedaan.
Het gonst hier van nationaliteiten en origines. Chinese, Afrikaanse, Amerikaanse naast Europese (Engelse, Belgische, Nederlandse, Noorse) nationaliteiten. De taal is Engels maar op zijn Texaans-Amerikaans. Dit wil zeggen met een ander accent, ritme en woordkeuze.
De kledij is bont en verschillend. Vooral T-shirts en wijde broeken zijn in trek bij de jongens; kleedjes met franjes en gedrapeerd zijn geliefd bij de meisjes.
Na het eten gaan de kinderen per klas naar een afruimingspunt. Een dame naast een ton met een grote plastieken vuilzak gevuld kiepert zonder meer de overgebleven inhoud van het dienblad er in. De kinderen gaan verder en maken een lijntje. Ze wachten op elkaar tot iedereen klaar is. Dan verlaten ze per klas de refter, gaan door de gangen langs de muren en begeven zich onder begeleiding van hun leraar/lerares naar hun klaslokalen.
Aan de grote muren van de brede gangen hangen per klas de door hun gemaakte schilder- of knutselwerken. De onderwerpen zijn o.a.: cowboy’s, indianen, slangen, vogels, huizen. De school telt een turnzaal, een muziekzaal, een computerzaal, een bibliotheek en heeft een E.H.B.O.-zaal met verpleegster. De klassen hebben lichtgekleurde wanden en zijn verlicht met neonlicht. Ramen ontbreken er in elke klas. Allleen bij de administratieve lokalen kan het daglicht binnenkomen en is het spel van zon en regen, licht en schaduw te zien.
In de klas van Karen staan drie computers opgesteld. We maken kennis met mister Vercher, kortweg mister V., een sympathieke kerel. De leraar stelt ons voor aan de kinderen. Voor een kleine groep begint hij een verhaal voor te lezen. Hij doet dit met de nodige geestfdrift. Het verhaal kleurt hij op met aangepaste stemverheffingen. Andere kinderen maken intussen rekensommen of leggen puzzels.
Chris vindt dat deze kinderen – gezien hun nog jonge leeftijd – reeds zéér veel moeten assimileren. Sommige zaken van deze derde kleuterklas komen pas aan bod in het eerste of tweede studiejaar in onze scholen. We verlaten de klas, nemen afscheid van mister V., de kinderen en Karen. We schrijven ons uit aan de balie en rijden weg.
Een bezoek aan een supermarkt is een recreatieve bezigheid. Wat is het nu: recreatief kopen of kopen als recratie? De Amerikaanse economie is gesteund op consumptie. Tussen haakjes: niet alleen de Amerikaanse! In de grote maill nemen we (Veerle, Chris en ik) elk een eigen gekozen menu. Deze shopping komt ons goed uit. Veerle heeft nog wat te kopen. Iets voor Joost zijn verjaaardag en een paar balletschoentjes (witte bij gebrek aan roze) voor Paulien. Wij snuisteren ook eens graag rond en gaan van winkel tot winkel.
Wat is hier zoal te vinden? Alles wat van Texaanse inslag is: meubelen (countrystijl), kleding (cowboykledij), schoenen (boots), hoeden (grote randen), souvenirs (met lone star motief), bloemen, boeken in “a one million book shop”, CD’s en DVD’s, een shop met allerlei elektronische snufjes (te gek om te bedenken), enz. We kopen een paar cedeetjes met Amerikaanse kinderliedjes.
We gaan nu terug weg, want we moeten eerst nog Paulien ophalen en thuis zijn vooraleer dat Karen aan de straathoek met de schoolbus wordt afgezet. Kurt komt wat later thuis. We eten samen.
Het nieuwe werkritme en de nieuwe dagindeling van de eerste school- en werkdag zitten er op. Dat hebben wij nu ook meegemaakt. De kinderen gaan slapen om 20u en wij wat later.
Dinsdag 25 maart 2003
Welke dag gaat zal het vandaag worden? Het is onze voorlaatste dag. Oh jee.
De schoolbus van Karen komt om 8u10’ toe aan de hoek van Bridgetown Road en Teasel Court. Karen stapt op de gele schoolbus. Karen had vergeten Paulien te kussen. Dus met Paulien en veel geschrei de bus op, een kusje van Karen, terug de bus af en klaar is kees.
Wat later doet Veerle Paulien met de auto naar school. Veerle gaat daarna trainen in het sportcomplex. Vervolgens zal zij Paulien terug afhalen van de school om pas daarna terug thuis te komen.
Ik doe ondertussen de opkuis van de voortuin en neem wat lectuur door. Om 15u komt Veerle thuis.
Veerle heeft de camera op de computer aangesloten en de genomen vakantiefoto’s op “mijn afbeeldingen” overgezet. Vandaar heeft zij die foto’s op een CD-rom overgesaved. Die CD-rom mag ik houden. Zo kan ik alles thuis rustig bekijken.
Om 16u10’ komt de schoolbus de straat Bridgetown Road opgereden en stopt op de hoek met Teasel Court. Nog vier andere kinderen stappen uit.
Vanavond is het balletles voor Karen en Paulien. We vertrekken om 16u40’. Wij halen Elise onderweg op. Elise is een 19-jarige Franstalige Belgische studente die hier bij een gastgezin logeert. Zij wil haar Engels nog beter leren en onder de knie krijgen. Op haar kunnen Kurt en Veerle beroep doen om kinderoppas te vervullen of ’s avonds of in het weekend. Zij doet het graag want zo kan zij extra nog wat Frans of Nederlands tussendoor blijven spreken.
Elise gaat mee. Zij gaat in hetzelfde sportcomplex een partijtje zwemmen. De balletles duurt ongeveer drie kwartier. Wij kunnen de balletoefeningen volgen vanachter een raam.
Terloops bezie ik toch ook de TV-uitzending in de hall. Natuurlijk live over de oorlog in Irak. Basra is nog niet gevallen. Bagdad is nog niet bereikt. De gevechten gaan door.
Het valt mij op dat hoe langer de oorlog duurt, hoe meer Amerikaanse vlaggen er in het straatbeeld te zien zijn. Bijvoorbeeld vlaggen in winkels en voor de huizen, wimpels aan autoantennes, badges op kleding, slogans op T-shirts, enz.
Kurt laat weten dat hij niet naar het sportcomplex kan komen. We moeten dus niet op hem wachten en gaan met zijn allen terug. Wij zetten Elise af onderweg en komen thuis aan.
Komt bij ons reeds het heimwee naar huis boven? Alhoewel de lokroep van Texas nog sterk aanwezig is. Morgen is het onze laatste dag. ’t Is haast niet te geloven. Alles is bijna passé.
Woensdag 26 maart 2003
Derde werk- en schooldag. Om 7u40’ gaan we naar beneden. Afscheid nemen van Karen en wat later van Paulien gaat betrekkelijk goed. Veerle doet Paulien naar de school en komt dadelijk terug.
Om 10u30’ zijn de valiezen klaar en breng ik ze naar beneden in de hall. Om 13u10’ vertrekken wij naar Houston, naar de vlieghaven.
Dank zij onze code PWFQHD passeert onze inschrijving goed. We checken onze bagage in. Deze zal rechtstreeks doorgaan naar Zaventem. We nemen afscheid van Veerle en bedanken haar voor ons verblijf. We passeren de detectiepost en gaan met de roltrap naar boven.
We hebben nog ruim de tijd. Ik begeef mij naar een kiosk. Ik neem de koppen door van de hoofdartikels op de voorpagina’s van kranten en weekbladen. Zij luiden als volgt:
– the Economist: Saddam’s last victory
– Fortune: After we win
– Newsweek: Shock and awe
– US News: End of the road, Saddam
– the Wall Street Journal: U.S. considers options in longer war
– Houston Chronicle U.S. bloodies Iraqis in major ground battle
Deze vlucht met vluchtnummer KL 662 economy-class is een non-stop vlucht vanuit Houston George Bush International Airport naar Amsterdam. Het vliegtuig is een Boeing 747-400, met naam “the City of Johannesburg”.
Om 15u30’ mogen we onze plaatsen innemen in het vliegtuig. De motoren worden opgewarmd. Het is 19° Celcius buiten en wat mistig. Om 16u01’ stijgen we op.
Weldra vliegen we op 10.400 meter hoogte tegen 990 km/uur. Na enige tijd wijst de buitentemperatuur al -68° Celcius aan. De piloot meldt ons goede meewind, maar ook veel turbulentie. Daarom waggelt en hotst het vliegtuig wat, een raar gevoel.
Het wordt een lange nachtvlucht. We krijgen lichte, doch warme slaapdekens om ons toe te dekken. Bij valavond vraagt de stewardess de vensterluiken neer te laten. OOK het licht wordt wat later in het vliegtuig gedoofd. Echt indutten is er niet bij, wel een hazenslaapje.
Bij onze vlucht van Houston naar Schiphol passeren we tijdszones, nu met oplopende tijdsverschillen. Tusen die twee punten resulteert dat in een uiteindelijk verschil van 7u.
De uitleg en de informatie die op het vliegtuig, via luidspreker of TV aan de passagiers worden gegeven, gebeuren in het Nederlands en het Engels. De piloot kondigt een minder gunstig bericht aan. In Schiphol is het betrokken en mistig. Er wordt weinig zichtbaarheid op de baan gemeld. De zichtbaarheid zou zich beperken tot 150 meter ver. De bemanning was hiervan reeds op de hoogte bij vertrek in Houston. Daar werd immers voor 1 uur extra brandstof aan boord getankt. Hopelijk, voegde hij er aan toe, gaat de zon de mistlaag kunnen “wegbranden”. Normaliter landen 60 vliegtuigen per uur. Wegens de vrij dikke mist is er nu een beperking en worden er slechts 17 vliegtuigen per uur toegelaten. Indien dus langer op de toelating tot landen moet gewacht worden betekent dit dat het vliegtuig een paar extra rondjes over de Noordzee zal moeten maken. Conclusie: deze keer hebben wij geen rustige vlucht gehad.
Schiphol komt naderbij. Wij krijgen toch toelating om te landen! Gelukkig! Al bij al staat het vliegtuig aan de grond om 7u33’. Met andere woorden nog een half uur vroeger dan gepland.
Van Gate F 3 moeten wij ons verplaatsen naar Gate C 2. Het is een lange afstand en 21 minuten gaan. Wij raadplegen de uurtabellen van de vluchten. De toestand ziet er niet te best uit. Vijftig vluchten zijn verschoven naar een vermoedelijk vertrek gelegen tussen 11u30’ en 14u30’. Tien vluchten zijn zonder meer afgelast. De telefooncellen zijn stuk en het opbellen van reizen De Cauwer te Sint-Niklaas lukt ons niet.
Het is dus wachten tot de mist optrekt en de zon doorbreekt. Tussendoor worden de tabelgegevens van bepaalde vluchten aangepast en hun vertrektijden gecorrigeerd. De reizigers zijn geduldig en ondergaan deze situatie. Hé, daar krijgen we toestemming om plaats te nemen in een busje dat ons van Gate C 2 naar het vliegtuig zal brengen. Het busje blijft evenwel nog een hele tijd ter plekke stil staan. Na 20 minuten ongeveer vertrekken we naar de Fokker die op de tarmac staat gestationeerd. Onze vlucht KL1723 met de KLM Cityhopper loopt al bij al een vertraging op van 2u20’.
Vijftig minuten later cirkelen wij boven Zaventem. De zon is doorgebroken. Het is mooi weer.
We pikken de bagage op. Het was effen uitzoeken. Want de tweede valies kwam pas met ruime tussenpauze na de eerste valies op de rolbaan aan. Aan de uitgang staat de chauffeur van reizen De Cauwer klaar om ons naar huis te voeren. Hij zet ons aan de deur af. Terug op vertrouwde bodem. Het geeft ons een goed gevoel.
Donderdag 27 maart 2003 om 13u55’ Belgische tijd betekent het einde van onze vakantie naar Texas.
Texas even vergelijken …:
> Texas (692.402 km2) is de tweede grootste staat van U.S.A. (9.809.155 km2).
> Met Europese landen vergeleken bedraagt de oppervlakte van Texas nog meer dan de oppervlakten van België (30.527 km2), Nederland (41.526 km2), Luxemburg (2.586 km2), Frankrijk (543.965 km2) en Zwitserland (42.500 km2) tesamen.
> Vergelijk Texas met het huidige Duitsland (356.970 km2) en met Irak (437.072 km2).
© USA4ALL & Jos Aerts